Was heißt »groß« auf Niederländisch?
Das Adjektiv »groß« (auch: gross) lässt sich wie folgt von Deutsch auf Niederländisch übersetzen:
- groot
- volwassene
Deutsch/Niederländische Beispielübersetzungen
Du bist groß, aber er ist noch größer.
Je bent lang, maar hij is nog langer.
Je größer die Gefahr, desto größer die Ehre.
Hoe groter het gevaar, des te groter de eer.
Wie groß sie schon ist! Bald ist sie so groß wie ihre Mutter.
Hoe groot ze al is! Straks is ze zo groot als haar moeder.
Wenn ich groß bin, will ich ein König sein.
Als ik later groot ben, wil ik koning worden.
Wenn wir klein sind, kommt uns alles so groß vor.
Wanneer men klein is, lijkt alles zo groot ...
Amerikanische Küchen sind größer als japanische.
Amerikaanse keukens zijn groter dan Japanse.
Amerikaanse keukens zijn veel groter dan Japanse keukens.
Mein Haus ist groß.
Mijn huis is groot.
London ist eine der größten Städte auf der Welt.
Londen is een van de grootste steden van de wereld.
Bill ist nicht so groß wie Bob.
Bill is niet zo groot als Bob.
Dein Vater ist groß.
Je vader is groot.
Ich bin größer als du.
Ik ben groter dan jij.
Seine Kinder sind groß geworden.
Zijn kinderen zijn groot geworden.
Ich bin sehr groß.
Ik ben heel lang.
Diese Hunde sind groß.
Deze honden zijn groot.
Wenn ich groß bin, möchte ich Arzt werden.
Wanneer ik groot ben, wil ik dokter worden.
Was ist größer, die Sonne oder die Erde?
Welke is groter, de zon of de aarde?
Wenn man die Schweiz bügeln würde, wäre sie größer als Deutschland.
Als je Zwitserland zou strijken, zou het groter zijn dan Duitsland.
Er ist größer als ich.
Hij is groter dan ik.
Das ist überhaupt nicht groß.
Dit is helemaal niet groot.
Mein Sohn ist jetzt so groß wie ich.
Mijn zoon is nu zo groot als ik.
Er ist so groß wie ich.
Hij is zo lang als ik.
Granatapfelkerne sind relativ groß.
Zaden van een granaatappel zijn relatief groot.
Ein Truthahn ist ein bisschen größer als ein Huhn.
Een kalkoen is iets groter dan een kip.
Tokyo ist größer als Yokohama.
Tokyo is groter dan Yokohama.
Wie groß bist du?
Hoe lang bent u?
Kanada ist größer als Japan.
Canada is groter dan Japan.
Kyoto ist nicht so groß wie Osaka.
Kioto is niet zo groot als Osaka.
Ich bin genauso groß wie mein Vater.
Ik ben even groot als mijn vader.
Sein Haus ist dreimal so groß wie meins.
Zijn huis is drie keer zo groot als het mijne.
Yokohama ist eine der größten Städte in Japan.
Yokohama is een van de grootste steden in Japan.
Er ist fast sechs Fuß groß.
Hij is bijna zes voet groot.
Du bist genauso groß wie ich.
Jij bent net zo groot als ik.
Er ist einen Kopf größer als ich.
Hij is een hoofd groter dan ik.
Hij is een kop groter dan ik.
Ich bin ein bisschen größer als du.
Ik ben iets groter dan gij.
Ik ben iets groter dan jij.
Er ist nicht größer als ich.
Hij is niet langer dan ik.
Diese Wohnung ist größer als alle anderen in diesem Gebäude.
Dit appartement is groter dan alle andere in dit gebouw.
Er wird zu den größten Wissenschaftlern der Welt gezählt.
Hij wordt tot de grootste wetenschappers van de wereld gerekend.
Papa ist groß.
Papa is groot.
Dein Hund ist sehr groß.
Je hond is erg groot.
Er ist in Australien groß geworden.
Hij groeide op in Australië.
Was möchtest du werden, wenn du groß bist?
Wat wilt ge worden als ge groot zijt?
Wat wil je worden als je groot bent?
Er ist größer als sein Bruder.
Hij is langer dan zijn broer.
Du bist größer als ich.
Jij bent groter dan ik.
Mein Gott ist größer!
Mijn God is nog groter!
Deine Intelligenz ist genauso groß wie die Entfernung zwischen Bombay und Mumbai.
Jouw intelligentie is precies zo groot als de afstand tussen Bombay en Mumbai.
China ist viel größer als Japan.
China is veel groter dan Japan.
Die Bevölkerung von Shanghai ist genauso groß wie die von Tokio.
De bevolking van Shanghai is even groot als die van Tokio.
Sein Bruder ist noch größer.
Zijn broer is nog groter.
Dein Haus ist dreimal so groß wie meins.
Jouw huis is drie keer zo groot als het mijne.
Paris ist eine der größten Städte der Welt.
Parijs is een van de grootste steden van de wereld.
Asien ist viel größer als Australien.
Azië is veel groter dan Australië.
Weil es zu groß ist.
Omdat het te groot is.
Ich bin groß.
Ik ben lang.
Ich bin größer.
Ik ben groter.
Amerika ist sehr groß.
Amerika is heel groot.
Amerika is erg groot.
Wer ist größer, Ken oder Taro?
Wie is groter, Ken of Taro?
China ist größer als Japan.
China is groter dan Japan.
Das Buch ist groß.
Het boek is groot.
Sie ist viel größer als ich.
Zij is veel groter dan ik.
Ze is veel groter dan ik.
Das ist zu groß.
Het is te groot.
Tom ist so groß wie Jim.
Tom is even lang als Jim.
Mein Bruder ist groß genug, um allein zu reisen.
Mijn broer is oud genoeg om alleen te reizen.
Die sind viel größer als wir.
Ze zijn veel groter dan wij.
Er ist groß und schlank.
Hij is groot en slank.
Ist das Zimmer groß genug?
Is de kamer groot genoeg?
Alle meine Geschwister sind größer als ich.
Al mijn broers en zusters zijn groter dan ik.
Ein siebzehnjähriger Junge ist oft so groß wie sein Vater.
Een jongen van zeventien is vaak even groot als zijn vader.
Er ist so groß wie sein Vater.
Hij is zo groot als zijn vader.
Unsere Familie ist ziemlich groß. Zum Geburtstag meines Vaters kamen über 80 Leute.
Onze familie is redelijk groot. Bij de verjaardag van mijn vader waren we met meer dan 80 personen.
Ich bin so groß wie du.
Ik ben zo lang als jou.
Ich bin 1,58 m groß.
Ik ben een meter achtenvijftig groot.
Diese Autos sind groß.
Deze auto's zijn groot.
Er ist viel größer als du.
Hij is veel groter dan gij.
Tom ist größer als seine Mutter.
Tom is groter dan zijn moeder.
Sind sie groß?
Zijn ze groot?
Sie sind groß.
Ze zijn groot.
Er ist groß.
Hij is groot.
Euer Vater ist groß.
Jullie vader is groot.
Die Lichtgeschwindigkeit ist viel größer als die Schallgeschwindigkeit.
De snelheid van het licht is veel groter dan die van het geluid.
Mein Löffel ist zu groß!
Mijn lepel is te groot!
Hummeln sind größer als Bienen.
Hommels zijn groter dan bijen.
Ich finde, es ist zu groß.
Ik vind dat het te groot is.
Naja.... mein Haus ist nicht groß genug.
Nou... mijn huis is niet groot genoeg.
Peking ist größer als Rom.
Peking is groter dan Rome.
Mary ist genauso groß wie Tom.
Mary is even groot als Tom.
Belgien ist nicht so groß wie Frankreich.
België is niet zo groot als Frankrijk.
Dieses Zimmer ist nicht so groß.
Deze kamer is niet zo groot.
Die kamer is niet zo groot.
Wenn er groß ist, will er Tennisspieler werden.
Wanneer hij groot is, wil hij tennisspeler worden.
Sie ist größer als er.
Ze is langer dan hij.
Sie ist so groß!
Zij is zo groot!
Euer Haus ist groß.
Jullie huis is groot.
Dein Vater ist ziemlich groß.
Je vader is behoorlijk groot.
Die Angst macht den Wolf größer als er ist.
De vrees maakt de wolf groter dan wat hij is.
Im Allgemeinen sind Männer größer als Frauen.
In het algemeen zijn mannen langer dan vrouwen.
Tokyo ist größer als Rom.
Tokio is groter dan Rome.
Die Äpfel dort sind groß.
Die appels zijn groot.
Ich bin größer als jeder andere Mitschüler.
Ik ben groter dan iedere andere medeleerling.
Diese Äpfel sind groß.
Deze appels zijn groot.
Jungen sind in der Regel größer als Mädchen.
Jongens zijn in de regel groter dan meisjes.
Es gibt eine Menge Sterne, welche größer als unsere Sonne sind.
Er zijn veel sterren die groter zijn dan onze zon.
Synonyme
- außerordentlich:
- schitterend
- gewaltig:
- immens
- immens:
- immens
- lang:
- lang
- stattlich:
- kloek
- Turm:
- toren
- unglaublich:
- ongelofelijk
- wichtig:
- belangrijk
- zählen:
- tellen
- zentral:
- centraal
Sinnverwandte Wörter
- dünn:
- dun
- gigantisch:
- gigantisch
- kräftig:
- krachtvol
Antonyme
- klein:
- klein
Niederländische Beispielsätze
Als ik groot ben, wil ik graag banketbakker worden.
Dat is een groot misverstand.
Mary was onder de indruk van het groot orgel in de kerk.
Er is één groot verschil.
Weet je hoe groot de bevolking van Boston is?
Tom bezit een groot fortuin, maar hij is niet gelukkig.
Iedere kamer is met een groot bureau uitgerust.
Er is een groot dier uit de zoo ontsnapt.
Ik geloof niet dat hij een groot acteur is.
Hoe groot is Toms huis?
De voorstelling was een groot succes.
De vraag naar winterschoenen is heel groot tijdens die koude dagen.
Hij heeft een groot deel van zijn fortuin verloren door speculatie.
Hoe groot is het?
De drang om naar huis te gaan was groot.
Kijk uit! Daar is een groot gat.
De nieuwe film was een groot succes.
Onze winkel is groot.
We hebben een groot probleem.
De oren van een blauwe olifant zijn even groot als die van een roze olifant.
Untergeordnete Begriffe
- riesengroß:
- reuzegroot