Was heißt »schreiben« auf Niederländisch?
Das Verb »schreiben« lässt sich wie folgt von Deutsch auf Niederländisch übersetzen:
- schrijven
Deutsch/Niederländische Beispielübersetzungen
Ich schreibe dir einen langen Brief, da ich keine Zeit habe, einen kurzen zu schreiben.
Ik schrijf een lange brief naar jou, omdat ik geen tijd heb om een korte te schrijven.
Die meisten Menschen schreiben über ihr Alltagsleben.
De meeste mensen schrijven over hun dagelijks leven.
Wie schreibt man "pretty"?
Hoe schrijf je "pretty"?
Man sagt, dass "Hamlet" das interessanteste Stück sei, das je geschrieben wurde.
Er wordt gezegd dat "Hamlet" het interessantste toneelstuk is dat ooit is geschreven.
Men zegt dat "Hamlet" het boeiendste toneelstuk ooit geschreven is.
Hast du ihm keinen Brief geschrieben?
Heb je hem geen brief geschreven?
Das ist der Computer, auf dem er seine Artikel schreibt.
Dat is de computer waarop hij zijn artikels schrijft.
Dat is de computer, waarmee hij zijn artikel schrijft.
Wer hat dieses Buch geschrieben?
Wie heeft dit boek geschreven?
Wie schreef dit boek?
Ich schreibe einen Brief.
Ik schrijf een brief.
Ik ben een brief aan het schrijven.
Er schreibt mir einmal pro Woche.
Hij schrijft mij eens per week.
Hij schrijft mij eenmaal per week.
Hast du dieses Märchen allein geschrieben?
Heb je dit sprookje alleen geschreven?
Da es in Eile geschrieben wurde, wimmelt es in dem Buch vor Fehlern.
Omdat het in haast is geschreven, wemelt het in het boek van fouten.
Sie schreibt mit der linken Hand.
Ze schrijft met de linkerhand.
Er wird einen Brief schreiben.
Hij zal een brief schrijven.
Am liebsten würde ich Hunderte von Sätzen in Tatoeba schreiben, aber ich habe zu tun.
Ik zou liefst van al honderden zinnen schrijven in Tatoeba, maar ik moet werken.
Ich wollte gerade einen Brief schreiben, als er nach Hause kam.
Ik wilde net een brief schrijven, toen hij thuiskwam.
Ja, er hat es schon geschrieben.
Ja, hij heeft het al geschreven.
Muss ich einen Brief schreiben?
Moet ik een brief schrijven?
Ich muss einen Brief schreiben.
Ik moet een brief schrijven.
Er schreibt Bücher.
Hij schrijft boeken.
Man sagt, dass er das Buch geschrieben hat.
Men zegt dat hij dat boek geschreven heeft.
Weil er in Eile geschrieben wurde, war sein Brief schwer zu lesen.
Omdat hij hem haastig had geschreven, was zijn brief moeilijk te lezen.
Ich weiß nicht, wer diesen Brief geschrieben hat.
Ik weet niet wie deze brief geschreven heeft.
Ik weet niet wie deze brief heeft geschreven.
Wer hat diesen Brief geschrieben?
Wie heeft deze brief geschreven?
Jane hat den Brief selbst geschrieben.
Jane heeft de brief zelf geschreven.
Ich habe einen Brief auf Englisch geschrieben.
Ik heb een brief geschreven in het Engels.
Fast alle amerikanischen Serien der letzten Jahre wurden von Homosexuellen geschrieben.
Bijna alle Amerikaanse series van de afgelopen jaren werden geschreven door homoseksuelen.
Er hat ein Buch über China geschrieben.
Hij heeft een boek geschreven over China.
Er nahm seinen Bleistift und begann zu schreiben.
Hij nam zijn potlood en begon te schrijven.
Bitte leih mir was zu schreiben.
Geef me iets om mee te schrijven.
Er hat zwei Bücher geschrieben.
Hij heeft twee boeken geschreven.
Hij schreef twee boeken.
Er kann mit beiden Händen schreiben.
Hij kan met beide handen schrijven.
Ich habe gestern Abend drei Briefe geschrieben.
Gisteravond heb ik drie brieven geschreven.
Wenn wir einen Roman schreiben, entfalten wir unsere Fantasie.
Als we een roman schrijven ontvouwen we onze fantasie.
Er hat einen Brief geschrieben.
Hij heeft een brief geschreven.
Hij schreef een brief.
Er unterrichtet nicht nur Englisch, er schreibt auch Romane.
Hij geeft niet alleen les Engels, hij schrijft ook romans.
Tue mir einen Gefallen und schreibe diesen Aufsatz für mich.
Doe mij een plezier en schrijf die verhandeling voor mij.
Ich werde einen Brief schreiben.
Ik ga een brief schrijven.
Sie schreibt jetzt einen Brief.
Ze is nu een brief aan het schrijven.
Wer hat die beiden Briefe geschrieben?
Wie heeft die twee brieven geschreven?
Er hat ihnen seit langem nicht geschrieben.
Hij heeft lange tijd niet naar hen geschreven.
Hij heeft hen lange tijd niet geschreven.
Wenn sie deine Adresse wüsste, würde sie dir schreiben.
Als ze uw adres kende, zou ze u schrijven.
Tim schreibt, als wäre er Linkshänder.
Tim schrijft als een linkshandige.
Tim schrijft alsof hij linkshandig is.
Er weiß nicht, wie man einen Brief auf Englisch schreibt.
Hij weet niet hoe men een brief in 't Engels schrijft.
Wurde dieser Brief von Ken geschrieben?
Was deze brief geschreven door Ken?
Er schrieb ein Buch in China.
Hij schreef een boek in China.
Ich muss bis morgen ein paar Essays schreiben.
Ik moet voor morgen een paar essays schrijven.
Dieses Buch ist auf Englisch geschrieben.
Dit boek is geschreven in het Engels.
Dat boek is in het Engels geschreven.
Er schreibt arabisch.
Hij schrijft Arabisch.
Er schrieb diesen Roman mit Zwanzig.
Hij schreef deze roman op zijn twintigste.
Sie schrieb einen Brief.
Zij schreef één brief.
Ich werde morgen einen Brief schreiben.
Ik zal morgen een brief schrijven.
Ik ga morgen een brief schrijven.
Das Buch ist in so leichtem Englisch geschrieben, das es sogar Anfänger verstehen können.
Het boek is in zulk eenvoudig Engels geschreven dat zelfs beginners het kunnen begrijpen.
Er schreibt noch von Zeit zu Zeit Romane, aber nicht mehr so oft wie früher.
Hij schrijft nog romans af en toe, maar niet zo veel als vroeger.
Ich schrieb die falsche Adresse auf den Umschlag.
Ik schreef het foute adres op de envelop.
Ich schreibe gerne Gedichte.
Ik schrijf graag gedichten.
Eine Frau schrieb 30 Bücher darüber, wie man glücklich wird, und beging dann Selbstmord.
Een vrouw schreef dertig boeken over hoe men gelukkig wordt, en pleegde toen zelfmoord.
Sie schreibt chinesisch.
Ze schrijft Chinees.
Jeder kann behilflich sein sicherzustellen, dass die Sätze natürlich klingen und richtig geschrieben sind.
Iedereen kan helpen verzekeren dat de zinnen goed klinken en juist gespeld zijn.
Er hat weder geschrieben noch angerufen.
Hij schreef noch telefoneerde.
Hij heeft niet geschreven noch gebeld.
Hij heeft niet geschreven en ook niet gebeld.
Wann schreibst du?
Wanneer schrijf je?
Das kostete mich viele Stunden um das zu schreiben.
Dat heeft mij vele uren gekost om het te schrijven.
Er schrieb viele Bücher über China.
Hij heeft veel boeken geschreven over China.
Hij schreef veel boeken over China.
Es ist nicht leicht, einen Liebesbrief in Englisch zu schreiben.
Het is niet makkelijk om een liefdesbrief te schrijven in het Engels.
Die Buchstaben sch in deutschen Wörtern und sh in englischen werden in Esperanto als ŝ geschrieben. Das spart Platz und Tinte.
De letters "sch" in Duitse woorden en "sh" in het Engels worden geschreven als "ŝ" in het Esperanto. Dat scheelt ruimte en inkt.
Wer schrieb Hamlet?
Wie heeft Hamlet geschreven?
Er kann nicht sagen, was auf dem Papier geschrieben steht.
Hij kan niet zeggen wat op het papier staat geschreven.
Wir schreiben gerade den Bericht.
We zijn het verslag aan het schrijven.
Du darfst hier in jeder beliebigen Sprache schreiben. Auf Tatoeba sind alle Sprachen gleichwertig.
Je mag schrijven in de taal die je verkiest. In Tatoeba zijn alle talen gelijkwaardig.
Es ist nicht leicht, mit Kreide zu schreiben.
Het is niet makkelijk met krijt te schrijven.
Wer hat einen Brief geschrieben?
Wie heeft een brief geschreven?
Arabisch wird von rechts nach links geschrieben.
Het Arabisch wordt van rechts naar links geschreven.
Bitte schreibe über deine wahre Erfahrung.
Schrijf alstublieft over uw echte ervaring.
Ich schreibe sehr oft Beiträge für Wikipedia.
Ik schrijf zeer dikwijls bijdragen voor Wikipedia.
Fabre hat Bücher über Insekten geschrieben.
Fabre schreef boeken over insecten.
Hast du dieses Buch geschrieben?
Hebt gij dit boek geschreven?
Heb jij dit boek geschreven?
Er hat eine Reihe spannender Detektivgeschichten geschrieben.
Hij heeft een stel spannende detectives geschreven.
Sie schreibt sehr gern Gedichte.
Ze vind het echt leuk om gedichten te schrijven.
Die Firma ABC schreibt erneut rote Zahlen.
De firma ABC staat weer in het rood.
De firma ABC zit weer in de rode cijfers.
Der Bruder schrieb der Schwester einen Brief.
De broer schreef een brief aan de zus.
Gestern hat er einen Brief geschrieben.
Gisteren heeft hij een brief geschreven.
Wir haben uns viele Jahre lang Briefe geschrieben.
We hebben elkaar jarenlang brieven geschreven.
Dieser Roman wurde von einem bekannten amerikanischen Autor geschrieben.
Deze roman is geschreven door een bekende Amerikaanse schrijver.
Jeden Tag schreibe ich Tagebuch.
Ik schrijf dagelijks in mijn dagboek.
Ich schrieb Briefe.
Ik schreef brieven.
Ihr Name war falsch geschrieben.
Haar naam was verkeerd gespeld.
Sie schreibt Novellen.
Zij schrijft novelles.
Ich würde ihm schreiben, wenn ich seine Adresse wüsste.
Ik zou hem schrijven als ik zijn adres wist.
Wo schreiben Sie?
Waar schrijft u?
Ich habe ein echt wichtiges Buch geschrieben. Aber keine Sau kauft es.
Ik heb een echt belangrijk boek geschreven maar geen hond koopt het.
Der romantische Dichter Novalis schrieb: „Ein Kind ist eine sichtbar gewordene Liebe.“ Er selbst hatte kein Kind.
De romantische dichter Novalis schreef: "Een kind is een zichtbaar geworden liefde." Hijzelf had geen kind.
De romantische dichter Novalis schreef: ”Een kind is een zichtbaar geworden liefde”. Hij had zelf geen kind.
Sie schreibt jetzt ein Buch.
Ze schrijft nu een boek.
Ich wette, dass du denkst, ich schriebe das nur, um dich zu beeindrucken.
Ik wed dat je denkt, dat ik dit enkel schrijf om je te impressioneren.
Ich las den Brief und bemerkte sofort, dass sie ihn unter dem Einfluss starker Emotionen geschrieben hatte.
Ik las de brief en merkte onmiddellijk op dat ze hem onder invloed van sterke emoties geschreven had.
Sie kann weder lesen noch schreiben.
Ze kan niet lezen of schrijven.
Viele Menschen schreiben über ihr Alltagsleben.
Veel mensen schrijven over hun dagelijks leven.
Ich schrieb ihr jeden Tag einen Brief.
Ik schreef haar elke dag een brief.
Er kann lesen und schreiben.
Hij kan lezen en schrijven.
Ich habe gestern Abend einen Liebesbrief geschrieben.
Ik heb een liefdesbrief geschreven gisteravond.
Wer hat die Bibel geschrieben?
Wie heeft de Bijbel geschreven?
Fred schrieb seiner Mutter einen langen Brief.
Fred schreef aan zijn moeder een lange brief.
Synonyme
- korrespondieren:
- corresponderen
- speichern:
- opslaan
Antonyme
- sprechen:
- spreken
Niederländische Beispielsätze
Ik kan Engels zonder enig probleem lezen en schrijven.
Ik ben net Tom een brief aan het schrijven.
Ik ben begonnen met een boek te schrijven.
Als ik niet meer kan schrijven, wil ik niet meer leven.
Na een conferentie in de Verenigde Staten, besloot hij een boek te schrijven voor niet-wetenschappers.
Ik ben een lied in het Duits aan het schrijven.
Het is niet gemakkelijk om zinnen in het Esperanto zonder een adequaat toetsenbord te schrijven.
Ik wil iets om te schrijven.
We leren te schrijven.
Vader is een brief aan het schrijven.
Ze werd gevraagd haar naam met inkt te schrijven.
Ik heb besloten geregeld artikels in het Engels te schrijven.
Ik wil een boek schrijven.
?Van elkaar schrijven” schrijft men van elkaar.
Ik mag in mijn dagboek schrijven wat ik wil.
We zullen een brief schrijven.
Plots herinnerde ik mij dat ik beloofd had een artikel te schrijven.
Dichters schrijven gedichten.
Ik heb altijd een kinderboek willen schrijven.
Het merendeel van de landbouwers in dit godvergeten dorp kan niet lezen of schrijven.
Untergeordnete Begriffe
- beschreiben:
- typeren
- dichten:
- dichten
- fortschreiben:
- actualiseren