Was heißt »auch« auf Niederländisch?
Das Adverb »auch« lässt sich wie folgt von Deutsch auf Niederländisch übersetzen:
- ook
Deutsch/Niederländische Beispielübersetzungen
Wohin ich auch gehe, was ich auch mache, er verfolgt mich.
Waar ik ook ga, wat ik ook doe, hij blijft mij volgen.
Ich kann es auch nicht erklären.
Ik kan het ook niet verklaren.
Ik kan het ook niet uitleggen.
Was auch immer ich tue, sie sagt, ich kann es besser.
Wat ik ook doe, zij zegt dat ik het beter kan.
Du könntest zumindest versuchen, ein bisschen höflicher zu sein, auch wenn das nicht in deiner Natur liegt.
Het ligt misschien niet in je aard, maar je zou tenminste een beetje beleefd kunnen zijn.
Tu, was auch immer er dir befiehlt.
Doe alles wat hij je ook beveelt.
Doe datgene wat hij je zegt om te doen.
Und doch, auch das Gegenteil ist immer wahr.
En toch is het tegenovergestelde altijd ook waar.
En toch is het omgekeerde altijd ook waar.
Mathematiker sind Dichter, nur müssen sie das, was ihre Fantasie schafft, auch beweisen.
Wiskundigen zijn dichters, alleen moeten ze de vruchten van hun fantasie ook nog bewijzen.
Wenn man eine Augenbraue hochzieht, kann das bedeuten "Ich habe Lust, mit dir Sex zu haben", aber auch "Ich finde, dass das, was du gerade gesagt hast, vollkommen idiotisch ist."
Als men een wenkbrauw optrekt, kan dit betekenen "ik wil seks met je hebben," maar ook "dat wat je net zei, vind ik volstrekt onnozel."
Frauen wollen auch Sex haben.
Vrouwen willen ook neuken.
Vrouwen willen ook seks hebben.
Sie spricht nicht nur Englisch, sondern auch Deutsch.
Ze spreekt niet alleen Engels, maar ook Duits.
Er gab uns nicht nur Kleider, sondern auch ein bisschen Geld.
Hij gaf ons niet alleen kleding, maar ook wat geld.
Statt der Crème fraîche können Sie auch gut Ricotta oder Mascarpone nehmen.
In plaats van de crème fraîche kun je ook ricotta of mascarpone gebruiken.
Kannst du auch auf Italienisch zählen?
Kun je ook in het Italiaans tellen?
Er liebt sie und sie liebt ihn auch.
Hij houdt van haar. Zij houdt ook van hem.
Diese Regel gilt auch für dich.
Deze regel geldt ook voor jou.
Aus welchem Grund auch immer, sie haben nicht geheiratet.
Wat ook de reden is, ze zijn niet getrouwd.
Mir geht es auch gut.
Met mij gaat het ook goed.
Wir lieben sie, und sie liebt uns auch.
Wij houden van haar, en zij houdt ook van ons.
Wo Rauch ist, ist auch Feuer.
Waar rook is, is vuur.
Ich esse kein Fleisch, keinen Fisch und keine Meeresfrüchte, und auch keine Fleischbrühe.
Ik eet geen vlees, geen vis en geen zeevruchten, en ook geen vleesbouillon.
Ich mag es auch nicht.
Ik houd er ook niet van.
Er ist Kellner und auch Schauspieler.
Hij is kelner en ook acteur.
Es war heiß. Und es war auch sehr feucht.
Het was heet. En het was ook heel klam.
Wir haben auch Linsen in unserem Sortiment.
We hebben ook linzen in ons assortiment.
Es noch einmal zu probieren, hilft auch nicht.
Nog eens proberen zal ook niet helpen.
Man kann Wasser trinken, man kann es aber auch lassen.
Je kunt water drinken, maar dat kun je ook laten.
Water kun je drinken, maar je kunt het ook laten lopen.
Das Beben verursachte auch 150 Tote.
De aardbeving heeft ook honderdvijftig doden veroorzaakt.
Ich bekomme niemals die Gelegenheit, auch etwas vorzubringen, weil Emma mir immer das Wasser abgräbt.
Ik krijg nooit eens de gelegenheid om ook wat in te brengen, want Emma maait steeds het gras voor mijn voeten weg.
Jack spricht vielleicht auch Spanisch.
Misschien spreekt Jack ook Spaans.
Ja, das denke ich auch.
Ja, dat denk ik ook.
Gehst du auch?
Ga jij ook?
Ga je ook mee?
Ich bin heute auch müde.
Ik ben vandaag ook moe.
Ich bin auch Lehrer.
Ik ben ook leraar.
Wo ein Wille ist, ist auch ein Weg.
Waar een wil is, is een weg.
Was du nicht willst, dass man dir tu, das füg auch keinem andern zu.
Wat jij niet wilt dat jou geschiedt, doe dat ook een ander niet.
Sie hat auch Fehler.
Ze heeft ook fouten.
Auf dem Mars gibt es auch Katzen.
Ook op Mars zijn er katten.
Er zijn ook katten op Mars.
Ich bin nicht reich und ich wünsche auch nicht, es zu werden.
Noch ben ik rijk, noch wil ik rijk worden.
Ik ben niet rijk en wil dat ook niet zijn.
Die Bibel trägt uns auf, sowohl unsere Nachbarn, als auch unsere Feinde zu lieben; wahrscheinlich, weil es sich im Allgemeinen um die gleichen Personen handelt.
De Bijbel draagt ons op om onze naasten én onze vijanden lief te hebben; waarschijnlijk omdat dat in het algemeen dezelfde personen zijn.
Tagebuch zu führen gibt uns auch die Chance, über unser Alltagsleben nachzudenken.
Het bijhouden van een dagboek geeft ons ook de kans om op ons dagelijks leven te reflecteren.
Er spricht auch Russisch.
Hij spreekt ook Russisch.
Er spricht Deutsch, aber auch Englisch und Französisch.
Hij spreekt Duits, maar ook Engels en Frans.
Er unterrichtet nicht nur Englisch, er schreibt auch Romane.
Hij geeft niet alleen les Engels, hij schrijft ook romans.
Er spricht sowohl Spanisch als auch Französisch.
Hij spreekt zowel Spaans als Frans.
Sie ist nicht nur hübsch, sondern auch noch nett.
Ze is niet alleen mooi, maar ook nog aardig.
Neben Französisch spricht er natürlich auch Englisch.
Naast Frans spreekt hij natuurlijk ook Engels.
Sowohl sein Vater als auch seine Mutter sind tot.
Zowel zijn vader als moeder zijn gestorven.
Affen töten auch Menschen, aber nur wenn sie Pistolen haben.
Apen doden ook mensen, maar alleen als ze pistolen hebben.
Du kannst auch deinen Professor um Rat bitten.
Je kunt ook advies aan je leraar vragen.
Ich bin auch siebzehn Jahre alt.
Ook ik ben zeventien.
In China lernt man auch Englisch.
In China leert men ook Engels.
Ich auch.
Ik ook.
Ich auch nicht.
Ik ook niet.
Ich mag nicht nur klassische Musik, sondern auch Jazz.
Ik hou niet alleen van klassieke muziek, maar ook van jazz.
Wenn die Zahl der Autos steigt, nimmt auch der Verkehr zu.
Als het aantal auto's toeneemt, neemt ook het verkeer toe.
Sollte ich vielleicht auch Sätze ohne Übersetzung hinzufügen? Das ist ein sehr schneller Weg, die Popularität der eigenen Sprache zu verbessern.
Zal ik misschien ook zinnetjes toevoegen zonder vertalingen? Dat is een erg snelle methode om de populariteit van de eigen taal te verbeteren.
Sie ist sowohl in Indien als auch in China gut bekannt.
Ze is heel bekend, zowel in India als in China.
Ich habe ihn nicht nur beraten, sondern ihm auch einen geblasen.
Ik heb hem niet alleen advies gegeven, ik heb hem ook gepijpt.
Ich würde mich gar nicht wundern, wenn viele Mitarbeiter von Tatoeba auch Scrabble-süchtig wären.
Het zou me niet verbazen als veel Tatoeba-leden ook Scrabble-verslaafden waren.
Wie oft ich auch anrufe, ich komme nicht durch.
Hoe dikwijls ik ook bel, ik geraak er niet door.
Hoe vaak ik ook bel, ik kom er niet door.
Ich liebe dich auch.
Ik hou ook van jou.
Er spricht auch Französisch.
Hij spreekt ook Frans.
Du musst die Arbeit tun, auch wenn du sie nicht magst.
Je moet het werk doen, ook al vind je het niet leuk.
Kommen die auch?
Komen zij ook?
Jim kommt auch zur Party.
Jim komt ook naar het feest.
Der Laden ist auch nachts geöffnet.
De winkel is ook 's nachts open.
Die Wahrheit ist wie ein Medikament. Und deshalb hat sie auch Nebenwirkungen.
De waarheid is als een geneesmiddel. En daarom heeft ze ook bijwerkingen.
Letztes Jahr kehrte ich nach Hause zurück und war überrascht, dass sowohl das Dorf als auch die Leute sich völlig verändert hatten.
Vorig jaar kwam ik terug thuis en was ik verrast, dat het dorp en de mensen helemaal veranderd waren.
Er reist gerne, ich auch.
Hij houdt van reizen. Ik houd er ook van.
Er wollte nicht gehen, ich auch nicht.
Hij wilde niet gaan, ik ook niet.
Ein Freund von einem Freund ist auch ein Freund.
Een vriend van een vriend is ook een vriend.
Sie sind auch im Garten.
Zij zijn ook in de tuin.
Im Unterschied zu Erdbeeren schmeckt Ananas auch aus der Dose.
In tegenstelling tot aardbeien, is ananas ook lekker uit een blik.
Elefanten gibt es sowohl in Afrika als auch in Indien.
Olifanten zijn er in Afrika en Indië.
Kannst du mir auch eins kaufen?
Kan je er ook één voor mij kopen?
Ich bin seiner Meinung. - Ich auch.
"Ik ben het met hem eens." "Ik ook."
Sie sprechen auch Esperanto.
Ze spreken ook Esperanto.
Im Zoo gibt es auch Braunbären.
Er zijn ook bruine beren in de dierentuin.
Er ist Kellner, aber auch Schauspieler.
Hij is kelner, maar ook acteur.
Wir hatten nicht nur Hunger, sondern litten auch Durst.
We hadden niet alleen honger, maar we leden ook dorst.
Das ist auch wahr.
Ook dat is waar.
Das ist auch keine Orange.
Het is ook geen sinaasappel.
Het is ook geen appelsien.
Ich will es auch wissen!
Ik wil het ook weten!
"Hippopotomonstrosesquipedaliofobie ist ein langes Wort, nicht wahr?" - "Ja, aber weißt du auch, was es bedeutet?" - "Nö, eigentlich nicht." - "Es bedeutet 'Furcht vor langen Wörtern'." - "Welch Ironie!"
"Hippopotomonstrosesquipedaliofobie is een lang woord, hè?" "Ja, maar weet je wat het betekent?" "Nee, eigenlijk niet." "Het betekent angst voor lange woorden." "Wat ironisch."
Er studiert Englisch, aber er studiert auch Deutsch.
Hij studeert Engels, maar hij studeert ook Duits.
Ellen spielt auch gern Tennis.
Ellen speelt ook graag tennis.
Wer A sagt, muss auch B sagen.
Wie A zegt, moet ook B zeggen.
Ich habe ein paar Eier gekauft und auch etwas Milch.
Ik heb enkele eieren gekocht, en wat melk.
Du hast das auch nicht gewusst.
Jij wist dat ook niet.
Er kommt auch nicht.
Hij komt ook niet.
Was du nicht willst, dass man dir tu’, das füg’ auch keinem andern zu.
Wat jij niet wilt dat jou geschiedt, doet dat ook een ander niet.
Ist Cathy auch gegangen?
Is Cathy ook gegaan?
Was immer du ihm auch gesagt hast, du hast ihn wieder aufgerichtet.
Wat je ook gezegd hebt, je hebt hem weer moed gegeven.
Wo Licht ist, ist auch Schatten.
Waar licht is, is ook schaduw.
Neben Esperanto spricht er natürlich auch andere Fremdsprachen.
Buiten Esperanto spreekt hij natuurlijk ook andere vreemde talen.
Was du diesem Kerl auch sagst, ist vergebens, also mische ich mich schon gar nicht mehr ein.
Wat je ook tegen die kerel zegt, het is vergeefs, dus ik bemoei me er helemaal niet meer mee.
Ich habe seinen Roman nicht gelesen und mein Bruder auch nicht.
Ik heb zijn roman niet gelezen en mijn broer ook niet.
Es mag stimmen oder auch nicht.
Het kan waar zijn of niet.
Ich mag sowohl Katzen als auch Hunde.
Ik hou zowel van honden als van katten.
Sie kommt auch?
Komt ze ook?
Synonyme
- daneben:
- ernaast
- gleichfalls:
- eveneens
- gleichsam:
- als het ware
- selbst:
- zelf
- sogar:
- zelfs
- und:
- en
- zusätzlich:
- aanvullend
Antonyme
- nicht:
- niet
Niederländische Beispielsätze
Spreekt zij ook Hongaars?
Ik hou van je, wat er ook gebeurt.
Dat had ook gewerkt.
Het pingpong wordt ook tafeltennis genoemd.
Hij behaalde zijn diploma niet alleen in sociologie maar ook in filosofie.
Hij ging werken, ook al was hij ziek.
Ik hou van internet maar tegelijkertijd haat ik het ook.
Zo joods ben ik ook weer niet.
Vrouwen houden ook van me zonder sixpack.
Op het onverwachts vluchtten ook de architecten van de brexit-campagne.
Laat mij ook eens een keertje winnen.
Tom is niet religieus en hij gelooft ook niet in God.
Ben je nog steeds wakker? Morgen moet je toch ook al vroeg uit bed?
Is hier ook een apotheek in de buurt?
?Welke talen ken jij, Tom?” – „C++ en Java, bovendien ook een beetje PHP. En jij, Maria?” – „Frans, Japans en Hebreeuws.”
Ik ben niet alleen vergeten het raam dicht te doen maar ik heb ook niet geveegd.
Bij welke faculteit zat hij ook alweer?
Frieten, ook friet of patat genoemd, zijn gebakken vingervormige stukjes aardappel. Ze komen oorspronkelijk uit België en worden nu over de hele wereld gegeten als bijgerecht of als tussendoortje.
Voor een gesprek onder vier ogen heb je ook vier luisterende oren nodig.
Ik houd van je, wat er ook gebeurt.