Was heißt »bringen« auf Niederländisch?
Das Verb »bringen« lässt sich wie folgt von Deutsch auf Niederländisch übersetzen:
- brengen
Deutsch/Niederländische Beispielübersetzungen
Falls dies Kaffee ist, bringen Sie mir Tee. Aber falls dies Tee ist, bringen Sie mir Kaffee.
Als dit koffie is, breng me thee. Maar als dit thee is, breng me koffie.
Die Polizei wird euch dazu bringen, die Kugeln zu finden.
De politie zal jullie dwingen de kogels te vinden.
Das bringt nichts mehr, weiter nachzudenken.
Het heeft geen zin om nog langer na te denken.
Es bringt nichts, mir "Hallo, wie geht's?" zu sagen, wenn du sonst nichts zu sagen hast.
Het heeft geen zin om me te zeggen: "Hallo, hoe gaat het?" als je niets anders te zeggen hebt.
Du bringst mich zum Träumen.
Ge doet mij dromen.
Je doet me dromen.
Ich bringe Ihnen sofort die Rechnung.
Ik zal u direct de rekening brengen.
Einmal in meinem Leben tue ich eine gute Tat... Und es bringt nichts.
Doe ik ook eens een keer een goede daad... haalt het niks uit.
Wieso bringen wir ihm nicht eine Flasche Wein mit?
Waarom brengen we hem geen fles wijn?
Ich bringe es nicht über mich, darüber zu reden.
Ik slaag er niet in daarover te spreken.
Du wirst sie zum Weinen bringen, ganz egal was du sagst.
Je brengt ze aan het wenen, wat je ook zegt.
Der Bus wird Sie zum Stadtzentrum bringen.
De bus zal u naar het stadscentrum brengen.
Herr Smith bringt mir Englisch bei.
Mijnheer Smith leert mij Engels.
Jim muss sofort ins Krankenhaus gebracht werden.
Jim moet onmiddellijk naar het ziekenhuis worden gebracht.
Ich möchte dass du das Zimmer schnell in Ordnung bringst.
Ik wens dat ge de kamer vlug in orde brengt.
Er war so nett, uns mit seinem Boot zur Insel zu bringen.
Hij was zo vriendelijk ons met zijn boot naar het eiland te voeren.
Ich werde dich mit dem Auto nach Hause bringen.
Ik breng je met de auto naar huis.
Es bringt nichts, zu weinen.
Huilen heeft geen zin.
Herr Brown bringt seinem Sohn Chinesisch bei.
Mijnheer Brown leert zijn zoon Chinees.
Soll ich deinen Mantel bringen?
Zal ik je mantel brengen?
Ich brachte ihn dazu, mein Zimmer sauber zu machen.
Ik heb hem ertoe gebracht mijn kamer te kuisen.
Ik heb hem ertoe gebracht mijn kamer schoon te maken.
Frau Smith brachte ihr zweites Kind zur Welt.
Mevrouw Smith heeft haar tweede kindje ter wereld gebracht.
Es bringt nichts, ihn nochmal zu fragen.
Het heeft geen zin het hem nog eens te vragen.
Sie brachte mir eine Tasse Tee.
Ze bracht mij een kop thee.
Dieser Bus wird dich zum Flughafen bringen.
Deze bus brengt je naar de luchthaven.
Warum bringen Menschen sich selbst um?
Waarom doden mensen zichzelf?
Sie brachte Äpfel, Orangen und mehr dergleichen mit.
Ze bracht appels, sinaasappels, enzovoort.
Seine neuartigen Ideen bringen ihn immer wieder in Verlegenheit mit seinen eher konservativen Kollegen.
Zijn vernieuwende ideeën brengen hem altijd in verlegenheid met zijn meer conservatieve collega's.
Er wurde dazu gebracht, seine Meinung zu ändern.
Hij werd ertoe gebracht van gedachten te veranderen.
Ich werde noch ein Handtuch bringen.
Ik zal nog een handdoek brengen.
"Möchten Sie einen Anzug kaufen?" fragt die Ladeninhaberin Dima, der die Gerüche der letzten Nacht mit sich brachte, als er durch die Tür ging.
"Wilt u een pak kopen?" vroeg de verkoopster aan Dima, die de geuren van de nacht ervoor met zich meebracht toen hij door de deur liep.
Wie bringt man dem Gedächtnis bei, vergessen zu lernen?
Hoe leer je je geheugen te vergeten?
Ich bringe es dir morgen.
Ik zal het je morgen brengen.
Er brachte die Kinder zum Lachen.
Hij bracht de kinderen aan het lachen.
Ich will Sie nicht in Schwierigkeiten bringen.
Ik wil u niet in problemen brengen.
Sie brachte das Buch zurück in die Bibliothek.
Ze bracht het boek terug naar de bibliotheek.
Was hat dich dazu gebracht so zu denken?
Wat maakt dat jij zo denkt?
Warten bringt nichts.
Wachten helpt niet.
Meine Tante hat mir Blumen gebracht.
Mijn tante heeft mij bloemen gebracht.
Ich bringe Wein mit.
Ik breng wijn.
Tom bringt uns Französisch bei.
Tom leert ons Frans.
Tom hat Kate nach Hause gebracht.
Tom bracht Kate naar huis.
Ein Elfmeter in der zweiten Halbzeit brachte die Entscheidung.
Een strafschop in de tweede helft bracht de beslissing.
Albert Einstein bringt uns zum Nachdenken: "Der Mensch erfand die Atombombe, doch keine Maus der Welt würde eine Mausefalle konstruieren."
Albert Einstein brengt ons tot nadenken: "De mens vond de atoombom uit, maar geen muis in de wereld zou een muizenval bouwen."
Sie hat mir eine Tasse Tee gebracht.
Ze trakteerde me op een kop thee.
Tom brachte Mary ein Geschenk mit.
Tom bracht een cadeau voor Mary.
Ein unglückliches Volk bringt große Künstler hervor.
Een ongelukkig volk maakt grootse kunstenaars.
Es bringt nichts mit ihr zu sprechen. Sie wird dir nicht zuhören.
Het heeft geen zin met haar te praten. Ze luistert niet naar je.
Bitte bringen Sie Ihr eigenes Besteck mit.
Uw eigen bestek meenemen graag.
Wir werden bald imstande sein, dich ins Gefängnis zu bringen.
We zullen binnenkort in staat zijn om jou in de gevangenis te plaatsen.
Ich brachte ihn zum Weinen.
Ik deed hem wenen.
Ich brachte sie zum Weinen.
Ik maakte haar aan het huilen.
Ich werde dich nach Hause bringen.
Ik breng je naar huis.
Weihnachten ist eine gute Zeit, um neues Spielzeug auf den Markt zu bringen.
Kerstmis is een goed moment om nieuw speelgoed op de markt te brengen.
Du kannst deine Katze nicht mit zur Schule bringen.
Je kunt je kat niet naar school meebrengen.
Der Postbote bringt die Post ins Haus.
De postbode brengt de post aan huis.
Wie kann man Arbeit und Privatleben ins Gleichgewicht bringen?
Hoe kan je het beroepsleven met het privéleven in overeenstemming brengen?
Tom bringt ohne Marias Hilfe nichts zustande.
Tom krijgt zonder hulp van Maria niets voor elkaar.
Sie hat ein gesundes Kind zur Welt gebracht.
Zij heeft een gezond kind ter wereld gebracht.
Sie hat mich vor meinen Freunden in Verlegenheit gebracht.
Ze zette me voor mijn vrienden in mijn hemd.
Ich werde Tom nach Hause bringen.
Ik zal Tom naar huis brengen.
Maria bringt mir Norwegisch bei.
Maria leert mij Noors.
Entschuldige, dass ich dich gestern zum Weinen gebracht habe!
Sorry dat ik je gisteren tot tranen heb gebracht!
Seine Frau bringt mir Italienisch bei.
Zijn vrouw leert me Italiaans.
Dieses Amulett bringt mir Glück.
Dit amulet brengt me geluk.
Wir müssen Opfer bringen.
We moeten offers brengen.
Wo bringen Sie mich hin?
Waar brengt u mij naartoe?
Die alte Frau wurde ins Krankenhaus gebracht, aber verstarb nicht viel später.
De oude vrouw werd in het ziekenhuis gebracht, maar overleed niet veel later.
Der Krieg brachte Tod und Zerstörung über die Stadt.
De oorlog bracht dood en vernietiging teweeg in de stad.
De oorlog bracht dood en vernieling in de stad.
Ich brachte den ganzen Tag am Strand zu.
Ik bracht de hele dag door aan het strand.
Wir haben ihn unverzüglich ins Krankenhaus gebracht.
We hebben hem direct naar het ziekenhuis gebracht.
Tom bringt mich zum Lachen.
Tom doet me lachen.
Tom hat das gebracht.
Tom heeft dit gebracht.
Wir haben die Mülleimer nach draußen gebracht.
We hebben de vuilnisbakken buitengezet.
Ich habe also in den ältesten Zeugnissen der Spiritualität gesucht, um das mit Worten ausdrücken zu können, was bislang nicht zum Ausdruck gebracht worden war.
Aldus heb ik in de oudste getuigenissen van spiritualiteit gezocht om in woorden te kunnen uitdrukken wat nog niet tot uitdrukking was gebracht.
Ich kann niemanden dazu bringen mir zu helfen.
Ik slaag er niet in hulp te krijgen van iemand.
Er hat schon fünf verschiedene Haarwuchsmittel ausprobiert, aber es hat ihm nichts gebracht.
Hij probeerde al vijf verschillende haargroeimiddelen, maar hij had er geen baat bij.
Wenigstens kommt Tom. Das bringt sicher Leben in die Bude.
In ieder geval komt Tom. Dat brengt vast wat leven in de brouwerij.
Sie haben ihren gebracht.
Ze hebben die van hen meegebracht.
Mich um Geld bitten wird dir nichts bringen.
Mij geld vragen zal je niets opleveren.
Dieser Schmerz bringt mich noch um.
Deze pijn maakt mij kapot.
Heute Morgen brachte der Postbote ein Paket.
Vanochtend bracht de postbode een pakket.
Die Diktatur wurde vom Volk zu Fall gebracht.
De dictatuur was door het volk omvergeworpen.
Eine Nebelkrähe bringt keinen Winter.
Eén bonte kraai maakt nog geen winter.
Ich bringe Stunden damit zu, Sätze bei Tatoeba zu verbessern.
Ik breng uren door met zinnen op Tatoeba te corrigeren.
„Wer bringt dir Englisch bei?“ – „Frau Yamada.“
?Wie leert je Engels?” „Mevrouw Yamada.”
Er wurde schnellstens zum Krankenhaus gebracht.
Hij werd met spoed naar het ziekenhuis gebracht.
Wir müssen die Angelegenheit zu einem Abschluss bringen.
We moeten de zaak tot een einde brengen.
Ein Schiff, das nur auf Reede oder im Hafen liegt, bringt nichts ein. Es muss sich Wind und Wellen aussetzen.
Een schip dat alleen maar op de rede of in de haven ligt, levert niets op. Het moet blootgesteld zijn aan wind en golven.
Tom hat angeboten, Maria nach Hause zu bringen.
Tom heeft aangeboden Mary naar huis te brengen.
Das Fernsehen bringt die ganze Welt ins Haus.
Televisie brengt de hele wereld in huis.
Klassische Musik bringt mich zur Ruhe, während moderne den umgekehrten Effekt hat.
Klassieke muziek brengt me tot rust, terwijl moderne het omgekeerde effect heeft.
Hast du den Müll nach draußen gebracht?
Heb je het afval naar buiten gebracht?
Sie brachte mir bei, wie man ein Gedicht schreibt.
Ze leerde mij een gedicht schrijven.
Es sind nicht die Störche, die die Kinder bringen.
Het zijn niet de ooievaars die de kindjes brengen.
Das ist, warum ich es zur Sprache gebracht habe.
Dat is waarom ik het ter sprake bracht.
Tom brachte seinem Papagei bei, zu sagen: „Helft mir! Sie haben mich in einen Papagei verwandelt!“
Tom leerde zijn papegaai zeggen: "Help me! Ze hebben me in een papegaai veranderd!"
Was bringt mich zum Niesen?
Wat doet me niezen?
In seinen ersten 100 Tagen hat der Präsident nicht viel zustande gebracht.
Tijdens zijn eerste honderd dagen heeft de president niet veel gerealiseerd.
Tijdens zijn eerste honderd dagen heeft de president weinig gerealiseerd.
Er hat es in der Kunst der Diplomatie noch nicht sehr weit gebracht.
Hij heeft het nog niet erg ver gebracht in de kunst van de diplomatie.
Wie haben sie meinen Namen in Erfahrung gebracht?
Hoe ben je achter mijn naam gekomen?
Synonyme
- aufrufen:
- verzoeken
- befördern:
- vervoeren
- bekommen:
- krijgen
- bescheren:
- bezorgen
- cadeau doen (mit Kerstmis iemand iets cadeau doen)
- cadeau doen (iemand iets cadeau doen)
- geven (mit Kerstmis geven)
- geven (geschenken geven aan iemand)
- geven ((een) kerstcadeau(s)/kerstgeschenk(en) geven aan iemand)
- opleveren
- schenken (mit Kerstmis schenken)
- ten deel vallen (ten deel laten vallen)
- uitdelen (kerstcadeaus/kerstgeschenken uitdelen)
- bewegen:
- bewegen
- drucken:
- drukken
- ermutigen:
- aanmoedigen
- fahren:
- rijden
- können:
- kunnen
- kommen:
- komen
- lassen:
- laten
- motivieren:
- motiveren
- schaffen:
- scheppfen
- transportieren:
- transporteren
- zeigen:
- tonen
Sinnverwandte Wörter
- begleiten:
- begeleiden
- liefern:
- verstrekken
- tragen:
- dragen
Niederländische Beispielsätze
De grootvader vroeg de jongen zijn stok te brengen.
Ze had geen eten mee hoeven te brengen.
Hij was zo vriendelijk om me met de auto naar het station te brengen.
Ik zal je met de auto naar huis brengen.
Laat me je naar huis brengen.
Ik vind het moeilijk om mijn ideeën onder woorden te brengen.
Ik zal uw koffer naar uw kamer brengen.
Ik zal je koffer naar je kamer brengen.
Ik vroeg hem boeken voor mij mee te brengen.
Hij kon de meubilering van zijn kantoor in mindering brengen van zijn belastingfactuur.
De grootste uitdaging voor het project is de beschikbaarheid aan werknemers die de nodige vaardigheden hebben om het project tot een goed einde te brengen.
Vroeg naar bed gaan en vroeg opstaan is het middel om gezondheid in huis te brengen.
We moeten Tom op de hoogte brengen.
Goede spreuken, wijze leringen moet je in praktijk brengen, niet alleen aanhoren.
Het is niet voldoende om alleen te luisteren naar wijze woorden en leringen, men moet ze in praktijk brengen.
Tom wil je naar huis brengen.
Hun ambitie en droom is om de Siberische wolharige mammoet – die ongeveer zesduizend jaar geleden is uitgestorven – weer tot leven te brengen door middel van een stukje weefsel dat bewaard is in de ondergrondse permafrost.
Ze brengen samen de nacht door.
Ik heb mijn identiteitskaart vergeten mee te brengen.
Roken kan uw pensioen in gevaar brengen.