Was heißt »wie« auf Niederländisch?
Das Adverb »wie« lässt sich wie folgt von Deutsch auf Niederländisch übersetzen:
- hoe
Deutsch/Niederländische Beispielübersetzungen
Wir sehen die Dinge nicht, wie sie sind, sondern wie wir sind.
We zien de dingen niet zoals ze zijn, maar zoals we zelf zijn.
Kinder verhalten sich lieber wie ihre Freunde als wie ihre Eltern.
Kinderen doen eerder hun vrienden dan hun ouders na.
Wenn die Welt nicht so wäre wie sie jetzt ist, könnte ich jedem vertrauen.
Als de wereld niet was zoals ze is, zou ik iedereen kunnen vertrouwen.
Ich habe mich immer gefragt, wie es wäre, Geschwister zu haben.
Ik heb me altijd afgevraagd hoe het zou zijn om broertjes en zusjes te hebben.
Sie fragt, wie das möglich ist.
Ze vraagt hoe dat kan.
Es wäre lustig zu sehen, wie die Dinge sich im Lauf der Jahre ändern.
Het zou leuk zijn om te zien hoe de zaken in de loop der jaren veranderen.
Het zou leuk zijn om te zien hoe alles in de loop der jaren wijzigt.
Ich frage mich, wie lange es dauern wird.
Ik vraag mij af hoelang dit zal duren.
Du hast mir die Augen dafür geöffnet, wie es ist, wenn alles gut geht.
Je hebt me doen realiseren hoe het is wanneer alles goed gaat.
Je hebt me laten zien hoe het is wanneer alles goed verloopt.
Nicht wollen ist das Gleiche wie haben.
Niet willen is hetzelfde als hebben.
Es bringt nichts, mir "Hallo, wie geht's?" zu sagen, wenn du sonst nichts zu sagen hast.
Het heeft geen zin om me te zeggen: "Hallo, hoe gaat het?" als je niets anders te zeggen hebt.
Es ist schade, dass man Wunder nicht kaufen kann, wie man Kartoffeln kauft.
Het is jammer dat we geen wonderen kunnen kopen, net zoals we aardappelen kopen.
Primzahlen sind wie das Leben, sie sind völlig logisch, aber es ist unmöglich, Regeln für sie zu finden, selbst wenn man seine ganze Zeit dem Nachdenken darüber widmet.
Priemgetallen zijn als het leven, ze zijn helemaal logisch, maar het is onmogelijk er regels voor te vinden, zelfs als je al tijd wijdt aan het nadenken erover.
Er schläft wie ein Baby.
Hij slaapt als een roos.
Hast du eine Vorstellung davon, wie mein Leben aussieht?
Kunt ge u voorstellen hoe mijn leven is?
Kannst du dir vorstellen, wie unser Leben ohne Elektrizität aussehen würde?
Kun je je voorstellen hoe ons leven eruit zou zien zonder elektriciteit?
Schau gut hin. Ich werde dir zeigen, wie man es macht.
Kijk goed. Ik zal je laten zien hoe je dit doet.
Bring mir bei, wie man es macht.
Leer mij hoe men dat doet.
Guten Abend, wie geht es Ihnen?
Goedenavond, hoe maakt u het?
Wissenschaft beginnt, wenn man warum und wie fragt.
Wetenschap begint wanneer men vraagt naar het hoe en het waarom.
Er spricht Spanisch genauso gut wie Französisch.
Hij spreekt even goed Spaans als Frans.
Er ist genauso alt wie ich.
Hij is net zo oud als ik.
Sie ist genauso intelligent wie schön.
Ze is even intelligent als mooi.
Du kannst so lange bleiben, wie du willst.
Ge kunt zo lang blijven als ge wilt.
Jane trug das gleiche Band wie ihre Mutter.
Jane droeg hetzelfde lint als haar moeder.
Bill ist nicht so groß wie Bob.
Bill is niet zo groot als Bob.
Nimm so viel mit wie du brauchst.
Neem zoveel mee als ge nodig hebt.
Ein Dichter betrachtet die Welt, wie ein Mann eine Frau betrachtet.
Een dichter bekijkt de wereld zoals een man kijkt naar een vrouw.
Heute ist es nicht so kalt wie gestern.
Vandaag is het niet zo koud als gisteren.
Het is vandaag minder koud dan gisteren.
Ich spiele gerne Freiluftsportarten wie Baseball, Tennis und Fußball.
Ik doe graag aan buitensporten zoals honkbal, tennis en voetbal.
Nimm die Dinge, wie sie kommen.
Neem de dingen zoals ze zijn.
Renn so schnell, wie du kannst.
Ren zo snel als je kan.
Es sieht aus wie Schnee, oder?
Het lijkt op sneeuw, is het niet?
Sie hat sich wie eine Schauspielerin angezogen.
Ze had zich gekleed als een actrice.
Ich werde meine Schulden so schnell wie möglich bezahlen.
Ik zal zo spoedig mogelijk mijn schulden betalen.
Er ist für mich wie ein Vater gewesen.
Hij is voor mij als een vader geweest.
Tom läuft nicht so schnell wie Bill.
Tom loopt niet zo snel als Bill.
Egal, wohin du gehst: nirgends ist es so schön wie zu Hause.
Waar ge ook gaat, nergens is het zo mooi als thuis.
Waar je ook heen gaat, het zal nooit zo goed zijn als thuis.
Sie ist genauso beschäftigt wie Tom.
Ze is net zo bezig als Tom.
Es schneite wie vorhergesagt.
Het sneeuwde zoals voorspeld.
Er fragte den Polizisten, wie viele Menschen am Vortag bei Verkehrsunfällen ums Leben gekommen waren.
Hij vroeg aan de politieman hoeveel mensen de vorige dag omgekomen waren bij verkeersongevallen.
Er verdient dreimal so viel wie ich.
Hij verdient drie keer zoveel als ik.
Können Sie mir bitte sagen, um wie viel Uhr der Zug fährt?
Kunt u me zeggen wanneer de trein vertrekt, alstublieft?
Er hat genauso viele Bücher wie sein Vater.
Hij heeft evenveel boeken als zijn vader.
Mary schwimmt genauso schnell wie Jack.
Maria zwemt even snel als Jakobo.
Mein Sohn ist jetzt so groß wie ich.
Mijn zoon is nu zo groot als ik.
Ich habe dreimal so viel Geld wie ihr.
Ik heb drie keer zoveel geld als jullie.
Wir sind praktisch wie Brüder.
We zijn praktisch broers.
Er ist so groß wie ich.
Hij is zo lang als ik.
Nicolas meint, dass die Romanisierung des kyrillischen Alphabets genauso schön wie die Sonne ist, die die Augen verbrennt, wenn man sie ansieht.
Nicolas bedoelt dat de romanisering van het cyrillische alfabet net zo mooi is als de zon, die de ogen verbrandt wanneer je ernaar kijkt.
Weißt du, wie man Mahjongg spielt?
Weet je hoe men Mahjong speelt?
Das Alter macht nicht kindisch, wie man spricht, es findet uns nur noch als wahre Kinder.
De ouderdom maakt ons niet kinds, zo het heet, hij vindt ons veeleer nog als echte kinderen.
Und du, wie geht es dir?
En met jou, hoe gaat het met jou?
Um wie viel Uhr soll ich kommen?
Hoe laat moet ik komen?
Hoe laat zal ik komen?
Nichts ist so wichtig wie Freundschaft.
Er is niets zo belangrijk als vriendschap.
Das ist wie eine Szene aus einem Film.
Dat lijkt wel een scène uit een speelfilm.
Kyoto ist nicht so groß wie Osaka.
Kioto is niet zo groot als Osaka.
Ihre Haut ist so weiß wie Schnee.
Haar huid is zo wit als sneeuw.
Das Klima hier ist wie in Frankreich.
Het klimaat hier is zoals in Frankrijk.
Ich bin genauso groß wie mein Vater.
Ik ben even groot als mijn vader.
Steh so früh auf wie du kannst.
Sta zo vroeg op als je kunt.
Sta zo vroeg mogelijk op.
Kannst du genauso schnell schwimmen wie er?
Kan je even vlug zwemmen als hij?
Mein Bruder rennt genauso schnell wie ich.
Mijn broer loopt even snel als ik.
Sein Haus ist dreimal so groß wie meins.
Zijn huis is drie keer zo groot als het mijne.
Ich brauche es so schnell wie möglich.
Ik heb het zo vlug mogelijk nodig.
Chinesisches Essen ist genauso lecker wie französisches Essen.
Chinees eten is even lekker als Frans eten.
Sie ist genauso jung wie ich.
Ze is even jong als ik.
Ein kleiner Mittagsschlaf und schwupps bin ich wieder fit wie ein Turnschuh.
Een kort middagdutje en hoplakee, ik ben weer fris als een hoentje.
Nichts auf der Welt ist so gerecht verteilt wie der Verstand: Jeder meint, er besitze genug davon.
Niets op de wereld is zo eerlijk verdeeld als het verstand: ieder meent dat hij er genoeg van bezit.
„Für wie viele Personen?“ „Für drei.“
"Voor hoeveel personen?" "Voor drie."
Sind die Hühner platt wie Teller, war der Traktor wieder schneller.
Zijn de kippen plat als borden, was de tractor weer eens sneller.
Obwohl er älter geworden ist, ist er nach wie vor gesund.
Hoewel hij ouder geworden is, is hij nog steeds gezond.
Du bist genauso groß wie ich.
Jij bent net zo groot als ik.
Um wie viel Uhr stehst du auf?
Hoe laat staat gij op?
Er hat mir beigebracht, wie man das Wort buchstabiert.
Hij heeft me geleerd hoe dat woord wordt gespeld.
Er macht aus einer Mücke einen Elefanten. Dieser Tippfehler ist wirklich nicht so schlimm, wie er behauptet.
Hij maakt van een mug een olifant. Dat typfoutje is echt niet zo erg als hij beweert.
Um wie viel Uhr gehst du normalerweise schlafen?
Hoe laat gaat ge gewoonlijk slapen?
Hoe laat ga je doorgaans slapen?
Trangs Party war wie eine Totenwache.
Het feest van Trang was als een dodenwake.
Das ist Jacke wie Hose.
't Is lood om oud ijzer.
Ich saß wie auf heißen Kohlen.
Ik zat op hete kolen.
Ich würde gern jemanden wie sie heiraten.
Ik zou met iemand zoals haar willen trouwen.
Ich möchte, dass das Auto so schnell wie möglich repariert wird.
Ik zou willen dat de auto zo vlug mogelijk hersteld geraakt.
Ich weiß nicht, wie tief der See ist.
Ik weet niet hoe diep het meer is.
Ich rannte so schnell wie der Blitz.
Ik rende met de snelheid van bliksem.
Ich werde dir so gut helfen wie ich kann.
Ik zal je zo goed helpen als ik kan.
Ich weiß nicht genau, wie viele Besucher da waren. Ich glaube, über dreihundert.
Ik weet niet precies hoeveel bezoekers er waren. Ik geloof driehonderdnogwat.
Mein Auto ist ein Ford, genau wie Ihres.
Mijn auto is een Ford, net als de uwe.
Das Problem ist so gut wie erledigt.
Het probleem is zo goed als afgehandeld.
Sie sind genauso stark wie wir.
Ze zijn even sterk als wij.
Hast du gesehen, wie er mich angeschaut hat?
Heb je gezien hoe hij me bekeken heeft?
Sie wissen, wie man eine Atombombe baut.
Ze weten hoe een atoombom gemaakt wordt.
Du bist hübsch wie die Kirschblüte.
Je bent zo mooi als een kersenbloesem.
Ich spreche so gut Französisch wie sie.
Ik spreek Frans even goed als zij.
Ich weiß nicht, wie man dorthin kommt.
Ik weet niet, hoe je daar komt.
Trang ist genauso schön wie Dorenda.
Trang is net zo mooi als Dorenda.
Deine Augen sind genauso schön wie die Arme der Venus von Milo.
Je ogen zijn net zo mooi als de armen van Venus van Milo.
Deine Intelligenz ist genauso groß wie die Entfernung zwischen Bombay und Mumbai.
Jouw intelligentie is precies zo groot als de afstand tussen Bombay en Mumbai.
Wenn du unzufrieden mit deinem Privatleben bist, empfehle ich dir, dich auf Facebook anzumelden. Das ist der einfachste Weg, wie du es loswerden kannst.
Als je je privéleven beu bent, raad ik je aan om je bij Facebook in te schrijven. Het is de beste manier om ervanaf te geraken.
Um wie viel Uhr bist du heute Morgen aufgestanden?
Hoe laat ben je vanmorgen opgestaan?
Heutzutage gibt es mehr Buddhisten in Deutschland als Menschen, die wissen wie man einen guten Schokoladenkuchen macht.
Er zijn tegenwoordig in Duitsland meer boeddhisten dan mensen die een goed chocoladegebak kunnen maken.
Ich verstehe, wie du dich fühlst.
Ik begrijp hoe je je voelt.
Synonyme
Niederländische Beispielsätze
Ik weet hoe ongelukkig je bent.
Vertel me niet hoe ik moet leven!
Hij weet hoe hij advies moet geven.
Heb je gezien hoe ze naar je keek?
Ik weet hoe oud Tom is.
Donker en sterk is hoe ik mijn koffie graag heb.
Ik weet nog steeds niet hoe ik mp3-bestanden van mijn iPod naar mijn computer moet overzetten.
Tom weet niet hoe hij zijn eigen stropdas moet knopen.
Tom weet niet hoe hij zijn eigen stropdas moet strikken.
Ik wil weten hoe dit heet.
Tom weet niet eens hoe je water kookt.
Ik leerde hoe ik een koe moest melken.
Tom leerde me hoe een kampvuur aan te steken.
En hoe!
Tom weet hoe hij een koe moet melken.
Ik begrijp niet hoe ze dat gedaan heeft. Dat was een wonder.
Ik weet hoe men autorijdt.
Een vrouw schreef dertig boeken over hoe men gelukkig wordt, en pleegde toen zelfmoord.
Goedemorgen, hoe kan ik u van dienst zijn?
Goedendag, hoe kan ik je helpen?