Was heißt »Fisch« auf Niederländisch?
Das Substantiv »Fisch« lässt sich wie folgt von Deutsch auf Niederländisch übersetzen:
- vis (männlich)
Deutsch/Niederländische Beispielübersetzungen
Ich bin kein echter Fisch, ich bin nur ein einfaches Plüschtier.
Ik ben geen echte vis, ik ben maar een knuffelbeest.
Magst du Fisch?
Hou je van vis?
Luft ist für den Menschen, was Wasser für den Fisch ist.
Lucht is voor mensen wat water is voor vissen.
Fische leben im Meer.
Vissen leven in de zee.
Wir essen oft rohen Fisch.
We eten dikwijls rauwe vis.
Da er keine Möglichkeit hatte, Feuer zu machen, aß er den Fisch roh.
Gezien hij geen mogelijkheid had om vuur te maken, at hij de vis rauw.
Ein Fisch auf dem Trockenen.
Een vis op het droge.
Ich esse kein Fleisch, keinen Fisch und keine Meeresfrüchte, und auch keine Fleischbrühe.
Ik eet geen vlees, geen vis en geen zeevruchten, en ook geen vleesbouillon.
Der Fisch war schwarz angebrannt.
De vis was aangebrand.
Sie legen Fisch in Dosen ein.
Zij blikken vis in.
Fische leben im Wasser.
Vissen leven in het water.
Vissen leven in water.
Ich bin allergisch gegen Fisch.
Ik ben allergisch voor vis.
Katzen mögen lieber Fisch als Fleisch.
Katten hebben liever vis dan vlees.
Die großen Fische fressen die kleinen.
De grote vissen eten de kleintjes.
Wale ernähren sich von Plankton und kleinen Fischen.
Walvissen voeden zich met plankton en kleine vissen.
Der See ist voller Fische.
Het meer zit vol vissen.
Fisch, bitte.
Vis, alsjeblieft.
Fisch ist heute billig.
Vis is goedkoop vandaag.
Wie heißt dieser Fisch auf Englisch?
Hoe noem je deze vis in het Engels?
Hoe heet deze vis in het Engels?
Mein Vater fing gestern drei Fische.
Mijn vader heeft gisteren drie vissen gevangen.
Der Alte hat einen großen Fisch gefangen.
De oude heeft een grote vis gevangen.
Haben Sie schon mal rohen Fisch gegessen?
Heeft u ooit rauwe vis gegeten?
Hebt u ooit rauwe vis gegeten?
Ich mag Fisch lieber als Fleisch.
Ik heb liever vis dan vlees.
Denkst du, dass Fische hören können?
Denk jij dat vissen kunnen horen?
Im Fluss schwimmen viele Fische.
Veel vissen zwemmen in de rivier.
In diesem Fluss gibt es viele Fische.
Het krioelt van de vissen in die rivier.
Der Fisch schmeckte wie Lachs.
De vis smaakte als zalm.
De vis smaakte naar zalm.
Er mag keinen Fisch.
Hij houdt niet van vis.
Hij lust geen vis.
Der Hund hat den Fisch gefressen, die Gräten, den Schwanz und alles.
De hond heeft de vis met graat en staart en alles opgegeten.
Diese Fische sind hohen Druck und an die Anwesenheit von Licht gewöhnt.
Deze vissen zijn gewend aan hoge druk en aan de afwezigheid van licht.
Der Fisch will schwimmen.
De vis wil zwemmen.
Auch Griechen essen oft Fische.
Ook de Grieken eten dikwijls vis.
Meinst du, dass Fische hören können?
Denkt ge dat vissen kunnen horen?
Anders als die Vögel, die ihre Jungen füttern und beschützen, verlassen die Fische ihren Nachwuchs.
Anders dan vogels, die hun jongen voeden en beschermen, verlaten vissen hun kroost.
Ich mag Fisch gern.
Ik hou van vis.
Gestern bin ich zum Fischen an den Fluss gegangen.
Ik ben gisteren in de rivier gaan vissen.
Ich habe gestern drei Fische gefangen.
Ik heb drie vissen gevangen gisteren.
Ik heb gisteren drie vissen gevangen.
Ich würde lieber ein Vogel als ein Fisch sein.
Ik zou liever een vogel dan een vis zijn.
Der Fisch schwimmt flussaufwärts.
De vis zwemt stroomopwaarts.
Dieser Fisch stinkt.
Deze vis stinkt.
Ich brate Fisch.
Ik ben vis aan het braden.
Ik bak vis.
Ich grille Fisch.
Ik ben vis aan het grillen.
Ik gril vis.
Hast du schon einmal einen Fisch gefangen?
Heb je ooit een vis gevangen?
Haie fressen Fische.
Haaien eten vissen.
Welcher Fisch ist das?
Wat voor soort vis is dat?
Der große Fisch frisst den kleinen.
De grote vis eet de kleine.
De grote vis eet het kleintje.
Es gibt keinen Fisch.
Er is geen vis.
Das ist kein Fisch.
Dit is geen vis.
Fischen Sie?
Vist u?
Vissen jullie?
Er hat drei Fische gefangen.
Hij heeft drie vissen gevangen.
Ich mag keinen fritierten Fisch.
Ik hou niet van gebakken vis.
Ein Hai ist ein Fisch, während ein Delphin ein Säugetier ist.
Een haai is een vis, terwijl een dolfijn een zoogdier is.
Wie viele Fische hast du gefangen?
Hoeveel vissen heb je gevangen?
Tom fing drei Fische.
Tom ving drie vissen.
Sie haben die Fische gefüttert.
Zij voerden de vissen.
Sie mag keinen Fisch.
Ze houdt niet van vis.
Ich fing zwei Fische.
Ik ving twee vissen.
Gestern fing ich fünf Fische.
Ik ving gisteren vijf vissen.
Ik heb gisteren vijf vissen gevangen.
Tom hat mit bloßen Händen einen Fisch gefangen.
Tom heeft met blote handen een vis gevangen.
Tom fing mit bloßen Händen einen Fisch.
Tom heeft een vis gevangen met zijn blote handen.
Bitte frier den Fisch und das Fleisch ein.
Vries de vis en het vlees in alstublieft.
Ich esse keinen Fisch.
Ik eet geen vis.
Das sind keine Fische, sondern Säugetiere.
Dit zijn geen vissen, maar zoogdieren.
Ich esse gern Fisch.
Ik eet graag vis.
Kannst du Fisch zubereiten?
Kun je vis bereiden?
Kan je vis bereiden?
Nein, Vegetarier essen weder Huhn noch Fisch.
Nee, vegetariërs eten geen kip of vis.
Delfine und Walfische sind keine Fische.
Dolfijnen en walvissen zijn geen vissen.
Isst Tom Fisch?
Eet Tom vis?
Fische und Besucher stinken nach drei Tagen.
Gasten en vis blijven maar drie dagen fris.
Ich habe einen Fisch gefangen.
Ik heb een vis gevangen.
Ich habe einen einzigen Fisch gefangen.
Ik heb één vis gevangen.
Es gibt Studien, die nachweisen, dass manche Fische durch im Wasser vorhandene schwangerschaftsverhütende Hormone weiblich werden.
Er bestaan studies die aantonen dat sommige vissen vrouwelijk worden door de aanwezigheid van zwangerschapsbeperkende hormonen in het water.
Schuhschnäbel fressen Fische.
Schoenbekooievaars eten vissen.
Der Fisch war köstlich.
De vis was heerlijk.
Ich habe drei Fische gefangen.
Ik heb drie vissen gevangen.
Sie essen Fisch.
Zij eten vis.
Esst ihr Fisch?
Eten jullie vis?
Essen Sie Fisch?
Eet u vis?
Isst du Fisch?
Eet je vis?
Schlafen Fische?
Slapen vissen?
Schon wieder Fisch?
Alweer vis?
Ich habe zwei rote Fische.
Ik heb twee rode vissen.
Er schwimmt wie ein Fisch.
Hij kan zwemmen als een vis.
Antonyme
- Fleisch:
- vlees
Niederländische Beispielsätze
Die wolk heeft de vorm van een vis.
De prijs van vis is stijgende.
Übergeordnete Begriffe
- Sternbild:
- sterrenbeeld
Untergeordnete Begriffe
- Backfisch:
- bakvis
- Barsch:
- baars
- Butt:
- bot
- Delfin:
- dolfijn
- Flunder:
- bot
- Forelle:
- forel
- Goldfisch:
- goudvis
- Hai:
- haai
- Hasel:
- serpeling
- Hecht:
- snoek
- Hering:
- haring
- Kabeljau:
- kabeljauw
- Karpfen:
- karper
- Lachs:
- zalm
- Omul:
- omoel
- Rollmops:
- rolmops
- Saibling:
- bronforel
- Sardelle:
- ansjovis
- Stör:
- steur
- Thunfisch:
- tonijn
- Wels:
- meerval
- Zander:
- snoekbaars