Was heißt »Dorf« auf Niederländisch?

Das Substantiv »Dorf« lässt sich wie folgt von Deutsch auf Niederländisch übersetzen:

  • dorp (sächlich)

Deutsch/Niederländische Beispielübersetzungen

Der Mann ist im ganzen Dorf gut bekannt.

De man is goed gekend in het hele dorp.

Mein älterer Bruder lebt in einem kleinen Dorf.

Mijn oudere broer woont in een klein dorp.

Sie lebt in dem Dorf.

Ze woont in het dorp.

Das waren böhmische Dörfer für mich.

Dat was allemaal Chinees voor mij.

Können Sie mir erklären, warum es in beinahe jedem Dorf zwei Kirchen gibt?

Kunt u me uitleggen waarom er in bijna elk dorp twee kerken zijn?

Das ist das Dorf, wo mein Vater geboren wurde.

Dit is dus het dorp waar mijn vader geboren is.

Er wohnt in einem kleinen Dorf in der Nähe von Osaka.

Hij woont in een dorpje nabij Osaka.

Was ist der Unterschied zwischen einem Dorf und einer Stadt?

Welk verschil is er tussen een dorp en een stad?

Wat is het verschil tussen een dorp en een stad?

Die Straße führt zum Dorf hinauf.

De straat gaat omhoog naar het dorp.

Es gibt keine Fabrik in diesem Dorf.

Er is geen fabriek in dat dorp.

Er wohnt in einem Dorf.

Hij woont in een dorp.

Sie nannten das Dorf Neu-Amsterdam.

Ze noemden het dorp Nieuw-Amsterdam.

Die Leute lebten in Dörfern.

De mensen leefden in dorpen.

Unsere Schule ist in diesem Dorf.

Onze school is in dat dorp.

Letztes Jahr kehrte ich nach Hause zurück und war überrascht, dass sowohl das Dorf als auch die Leute sich völlig verändert hatten.

Vorig jaar kwam ik terug thuis en was ik verrast, dat het dorp en de mensen helemaal veranderd waren.

Das Dorf ist mit unserer Stadt durch eine Brücke verbunden.

Het dorp is met onze stad verbonden door een brug.

Mein Bruder lebt in einem kleinen Dorf.

Mijn broer woont in een klein dorpje.

Das ist das Dorf, in dem er geboren wurde.

Dit is het dorp waar hij geboren is.

Sie wohnt in einem Dorf.

Ze woont in een dorp.

Die Welt ist ein kleines Dorf.

De wereld is een klein dorp.

Die Straße zum Dorf ist sehr holprig.

De weg naar het dorp is zeer hobbelig.

In das Dorf fährt kein Bus.

Er is geen busdienst naar het dorp.

In diesem Dorf lebte einmal ein gewisser ungezogener Junge.

Er leefde eens een ondeugende jongen in dit dorp.

Tom kennt nicht den Unterschied zwischen einer Stadt und einem Dorf.

Tom kent het verschil tussen een stad en een dorp niet.

Meine Freunde im Dorf haben einige Bienenstöcke.

Mijn vrienden in het dorp hebben enkele bijenkorven.

Das Dorf wurde durch einen starken Sturm isoliert.

Het dorp raakte door de zware storm geïsoleerd.

Er ist ohne Zweifel der älteste Mann im Dorf.

Hij is onbetwistbaar de oudste man in het dorp.

Hij is zonder twijfel de oudste man in het dorp.

Man kann das Dorf mit dem Bus erreichen.

Je kunt het dorp met de bus bereiken.

Das Dorf hat sich im Vergleich zu vor zehn Jahren sehr verändert.

Het dorp is vergeleken met tien jaar geleden, erg veranderd.

Das Dorf war durch die Überschwemmung isoliert.

Het dorp raakte door de overstromingen geïsoleerd.

Het dorp was door de overstroming geïsoleerd.

Das Dorf versuchte, die Schulmahlzeiten abzuschaffen.

Het dorp probeerde de schoolmaaltijden af te schaffen.

Es wird immer schwieriger werden, in dem Dorf zu leben.

Het zal steeds moeilijker worden om in het dorp te leven.

Das Dorf wurde durch einen heftigen Sturm von der Umgebung abgeschnitten.

Het dorp werd door een heftige storm van de omgeving afgesneden.

Toms Mutter lebt in diesem Dorf.

Toms moeder woont in dit dorp.

Tom wohnt in einem kleinen Dorf.

Tom woont in een klein dorpje.

Immer, wenn ich mir dieses Foto ansehe, erinnere ich mich an die glücklichen Tage auf dem Dorf.

Steeds wanneer ik naar deze foto kijk, herinner ik me die gelukkige dagen in het dorp.

Dieses Dorf ist nur vom Fluss her zu erreichen.

Dit dorp is niet te bereiken, behalve via de rivier.

Das ist das Dorf, in dem ich geboren wurde.

Dat is het dorp waar ik ben geboren.

Es war schon Abend, als wir im Dorf ankamen.

Het was al avond toen we het dorp bereikten.

Dies ist das Dorf, in dem ich geboren wurde.

Dit is het dorpje waar ik ben geboren.

Es ist ein Dorf.

Het is een dorp.

Der See versorgt das Dorf mit Wasser.

Het meer levert water aan het dorp.

Bei uns im Dorf kennt jeder jeden.

In ons dorp kent iedereen iedereen.

Das Haus ist im Dorf.

Het huis is in het dorp.

Er wohnt ganz allein in dem Dorf.

Hij woont helemaal alleen in het dorp.

Synonyme

Kaff:
gat
Markt:
markt
Nest:
nest

Antonyme

Stadt:
stad

Niederländische Beispielsätze

  • Iedereen in het dorp kende hem.

  • Het merendeel van de landbouwers in dit godvergeten dorp kan niet lezen of schrijven.

  • De hele nacht is sneeuw gevallen. 's Ochtends hebben de kinderen van het dorp een sneeuwman gemaakt. Een wortel verbeeldt zijn neus.

  • Er is een bron in het midden van het dorp.

Untergeordnete Begriffe

Fe­ri­en­dorf:
vakantiedorp

Dorf übersetzt in weiteren Sprachen:

Quellen:
  1. [Übersetzungen] Wiktionary-Autoren: Dorf. In: Wiktionary – Das freie Wörterbuch, 2023, [online] de.wiktionary.org, CC BY-SA 3.0
  2. [Synonyme] OpenThesaurus-User: Dorf. In: OpenThesaurus – Das freie Wörterbuch für Synonyme, 2023, [online] openthesaurus.de, CC BY-SA 4.0
  3. [Beispielübersetzungen] User-generated content: Satz Nr. 360581, 407713, 407743, 410330, 444513, 446451, 448381, 451326, 458580, 497249, 501434, 522286, 624562, 653876, 662104, 701856, 712018, 766656, 816910, 949361, 1020977, 1059098, 1112954, 1234711, 1505407, 1615671, 1734523, 1956816, 1956823, 1956828, 1956832, 1956835, 1956844, 2967245, 3102594, 3236110, 3865237, 4275101, 5774297, 6023270, 6059968, 6376305, 7936450, 8240935, 10294242, 379290, 5321922, 6091102 & 10970702. In: tatoeba.org, CC BY 2.0 FR