Was heißt »brau­chen« auf Niederländisch?

Das Verb »brau­chen« lässt sich wie folgt von Deutsch auf Niederländisch übersetzen:

  • nodig hebben
  • behoeven

Deutsch/Niederländische Beispielübersetzungen

Wie lange braucht man bis zum Bahnhof?

Hoelang duurt het om naar het station te gaan?

Hoelang duurt het om het station te bereiken?

Ich habe über zwei Stunden gebraucht, um einige Seiten Englisch zu übersetzen.

Het kostte me meer dan twee uur om een paar pagina's in het Engels te vertalen.

Ich brauche mehr Zeit.

Ik heb meer tijd nodig.

Sei bitte geduldig, das braucht Zeit.

Wees geduldig alsjeblief, dat heeft tijd nodig.

Er ist reich, er braucht kein Geld!

Hij is rijk. Hij heeft geen geld nodig.

Wir brauchen einen Krankenwagen.

We hebben een ambulance nodig.

Ich brauche deinen Rat.

Ik heb je advies nodig.

Ik heb jouw advies nodig.

Kinder brauchen Liebe.

Kinderen hebben liefde nodig.

Kinderen hebben behoefte aan liefde.

Ein Kind braucht Liebe.

Een kind heeft liefde nodig.

Wie lange braucht der Flughafenbus bis zum Flughafen?

Hoelang doet de vliegveldbus erover naar het vliegveld?

Wahrheit braucht nicht viele Worte.

De waarheid behoeft maar weinig woorden.

Ich brauche eine Briefmarke.

Ik heb een stempel nodig.

Ik heb een postzegel nodig.

Nimm so viel mit wie du brauchst.

Neem zoveel mee als ge nodig hebt.

Ich brauche seine Hilfe.

Ik heb zijn hulp nodig.

Ich brauche etwas zum Schreiben.

Ik heb iets nodig om mee te schrijven.

Ich brauche dich.

Ik heb je nodig.

Ich habe eine Weile gebraucht um sie zu überzeugen.

Ik heb wat tijd nodig gehad om haar te overhalen.

Ik heb wat tijd nodig gehad om haar te overtuigen.

Kommst du morgen ohne das Auto zurecht? Ich brauche es.

Kunt ge morgen uw zaken afhandelen zonder de auto? Ik heb hem nodig.

Laut der Bibel brauchte Gott sechs Tage, um die Welt zu erschaffen.

Volgens het Bijbelverhaal had God zes dagen nodig om de wereld te maken.

Er sagte, dass du nicht hinzugehen brauchst.

Hij zei dat je niet hoeft te gaan.

Wir brauchen jemanden, der auf das Baby aufpasst, während wir fort sind.

Wij hebben iemand nodig die op de baby past terwijl we weg zijn.

Wir brauchen Taten, keine Worte.

We hebben daden nodig, geen woorden.

Es ist nicht schlimm, du brauchst nicht weinen.

Het is niet erg, je hoeft niet te huilen.

Ich brauche es so schnell wie möglich.

Ik heb het zo vlug mogelijk nodig.

Sie braucht Hilfe.

Ze heeft hulp nodig.

Du brauchst neun Stunden Schlaf! Du bist echt ein Murmeltier.

Je hebt negen uur slaap nodig! Je bent echt een marmot.

Ich habe etwas länger als gewöhnlich zum Einschlafen gebraucht.

Ik had iets langer nodig dan gewoonlijk om in te slapen.

Wenn du in Amerika studieren willst, brauchst du ein Studentenvisum.

Als je in de Verenigde Staten wilt studeren, heb je een studentenvisum nodig.

Ich brauche eine Karte.

Ik heb een plattegrond nodig.

Du brauchst nicht so viel Angst zu haben.

Je hoeft niet zo bang te zijn.

Er braucht einen Regenschirm.

Hij heeft een paraplu nodig.

Er braucht eine Brille.

Hij heeft een bril nodig.

Er braucht Geld.

Hij heeft geld nodig.

Wie lange haben Sie gebraucht, um das Buch zu übersetzen?

Hoeveel tijd had je nodig om dat boek te vertalen?

Wir brauchen das Geld.

We hebben het geld nodig.

Wir brauchen deine Hilfe.

We hebben jouw hulp nodig.

Wir brauchen eure Hilfe.

Wij hebben uw hulp nodig.

We hebben jullie hulp nodig.

Wir brauchen seine Hilfe.

Wij hebben zijn hulp nodig.

Du brauchst das.

Je hebt dit nodig.

Ich habe zwei Stunden gebraucht, um diesen Satz auswendig zu lernen.

Ik heb twee uur nodig gehad om deze zin uit mijn hoofd te leren.

Er braucht ein Handtuch.

Hij heeft een handdoek nodig.

Ich brauche einen Arzt!

Ik heb een dokter nodig!

Ich brauche etwas Papier.

Ik heb wat papier nodig.

Wie viel brauchst du?

Hoeveel hebt ge nodig?

Hoeveel heb je nodig?

Ich brauche Sonnenöl.

Ik heb zonnebrandolie nodig.

Ich brauche ein Messer.

Ik heb een mes nodig.

Sie braucht einen Mantel.

Ze heeft een jas nodig.

Ze heeft een mantel nodig.

Du brauchst mich nicht anzurufen.

Je hoeft me niet op te bellen.

Um alles zu erklären würde ich ewig brauchen.

Ik heb een eeuwigheid nodig om alles uit te leggen.

Ik zou een eeuwigheid bezig zijn om alles uit te leggen.

Dein Bruder braucht Hilfe.

Jouw broer heeft hulp nodig.

Moderne Schiffe brauchen nur eine kleine Besatzung.

Moderne schepen hebben maar een kleine bemanning nodig.

Marie braucht ein Dutzend Eier.

Marie heeft een dozijn eieren nodig.

Ich brauche einen Arzt.

Ik heb een dokter nodig.

Ich brauche Sie.

Ik heb u nodig.

Ich brauche euch.

Ik heb jullie nodig.

Du brauchst nicht aufzustehen.

Niet nodig dat je opstaat.

Wofür brauchst du dieses Geld?

Waarvoor heb je dit geld nodig?

Waar heb je dit geld voor nodig?

Ich brauche eine gute Sonnenbrille.

Ik heb een goede zonnebril nodig.

Wir brauchen mehr Arbeiter.

We hebben meer arbeiders nodig.

Sie braucht unsere Hilfe.

Ze heeft onze hulp nodig.

Gute Freunde erkennt man daran, dass sie immer da sind, wenn sie uns brauchen!

Goede vrienden herkent men aan het feit dat ze er altijd zijn wanneer je ze nodig hebt.

Ich brauche einen leichten Mantel.

Ik heb een dunne jas nodig.

Ich brauche ein neues Fahrrad.

Ik heb een nieuwe fiets nodig.

Das brauche ich.

Dat heb ik nodig.

Ich brauche jetzt nichts.

Ik heb nu niets nodig.

Ich brauche einen Hammer.

Ik heb een hamer nodig.

Wir brauchen Regeln!

We hebben regels nodig!

Ich brauche viele Bücher.

Ik heb veel boeken nodig.

Ihr braucht es.

Jullie hebben het nodig.

Wir brauchen ihre Hilfe.

We hebben haar hulp nodig.

Wij hebben hun hulp nodig.

Ich brauche Hilfe.

Ik heb hulp nodig.

Ich brauche Fußcreme.

Ik heb voetcrème nodig.

Ich brauche Handcreme.

Ik heb handcrème nodig.

Ich brauche Körperlotion.

Ik heb bodylotion nodig.

Wieso brauchst du einen neuen Fernseher?

Waarom heb je een nieuwe tv nodig?

Ich brauche Pflaster.

Ik heb verband nodig.

Er brauchte kein Taxi rufen.

Hij hoefde geen taxi te bellen.

Wenn eine Frau einen Mann ruinieren will, braucht sie ihm nur alles erlauben.

Als een vrouw een man wil ruïneren, hoeft ze hem alleen maar alles te gunnen.

Ich brauche Urlaub!

Ik ben aan vakantie toe.

Da brauchst du mir nicht für zu danken.

Je hoeft me daarvoor niet te bedanken.

Wir brauchen einen Plan.

We hebben een plan nodig.

Ich brauche Muskatnuss.

Ik heb muskaatnoot nodig.

Mein Bildschirm braucht wenig Strom.

Mijn screen gebruikt weinig energie.

Ich brauche Geld.

Ik heb geld nodig.

Männer und Frauen brauchen einander gegenseitig.

Mannen en vrouwen hebben elkaar nodig.

Darüber brauchst du dir keine Sorgen machen.

Je hoeft je geen zorgen daarover te maken.

Wir brauchen Feuer.

We hebben vuur nodig.

Was brauche ich?

Wat heb ik nodig?

Zukunft braucht Vergangenheit.

De toekomst heeft het verleden nodig.

Wir hätten uns nicht beeilen brauchen.

We hadden ons niet moeten haasten.

Die Erstellung eines Wörterbuchs braucht sehr viel Zeit.

Een woordenboek samenstellen vraagt enorm veel tijd.

Het samenstellen van een woordenboek kost veel tijd.

Ich brauche ein Zimmer für zwei Personen.

Ik heb een tweepersoonskamer nodig.

Ich brauche Werkzeug.

Ik heb gereedschap nodig.

Sie braucht kein Mitleid, sondern Unterstützung.

Ze heeft geen medelijden nodig, maar wel steun.

Du brauchst keine Angst zu haben, Fehler zu machen.

Je hoeft niet bang te zijn om fouten te maken.

Ich brauche deine Hilfe nicht.

Ik heb jouw hulp niet nodig.

Du brauchst nicht zu sterben, um in die Hölle zu kommen.

Je hoeft niet te sterven om in de hel te belanden.

Wir brauchen frische Luft.

We hebben frisse lucht nodig.

Kinder brauchen Schlaf.

Kinderen hebben slaap nodig.

Tom braucht Klamotten.

Tom heeft spullen nodig.

Tom heeft kleding nodig.

Synonyme

be­dür­fen:
behoeftig zijn
be­geh­ren:
begeren
verlangen
wens
dau­ern:
duren
ge­brau­chen:
gebruiken
ge­hen:
gaan
lopen
rijzen

Niederländische Beispielsätze

  • Je bent hier, omdat we jouw hulp nodig hebben.

  • Dat is precies wat we nodig hebben.

  • Hoe hoger de temperatuur, des te meer water planten nodig hebben om koel te blijven.

  • Wat we nu nodig hebben is iets om te eten.

  • Ik denk dat we die nodig hebben.

  • Ik heb niet genoeg geld om alles wat we nodig hebben te kopen.

  • Ik ben boven als jullie me nodig hebben.

  • Mogen we ons afvragen of wezens die wetten nodig hebben om rechtvaardig te zijn, ook in staat zijn ze te overtreden?

  • Zorg ervoor dat de lezers de informatie zullen ontvangen die ze nodig hebben.

  • Je zult een zaklantaarn nodig hebben.

  • Wat we nodig hebben is niet een intelligente geest die spreekt, maar een geduldig hart dat luistert.

Brauchen übersetzt in weiteren Sprachen:

Quellen:
  1. [Übersetzungen] Wiktionary-Autoren: brauchen. In: Wiktionary – Das freie Wörterbuch, 2023, [online] de.wiktionary.org, CC BY-SA 3.0
  2. [Synonyme] OpenThesaurus-User: brauchen. In: OpenThesaurus – Das freie Wörterbuch für Synonyme, 2023, [online] openthesaurus.de, CC BY-SA 4.0
  3. [Beispielübersetzungen] User-generated content: Satz Nr. 389, 421, 705, 708, 879, 1065, 1078, 139111, 139112, 338333, 340952, 345248, 347926, 351626, 353246, 355353, 361456, 362197, 367026, 368797, 369906, 393457, 394266, 407779, 424769, 425037, 438688, 438743, 450689, 451319, 453887, 454274, 461385, 532251, 551624, 555871, 555872, 568376, 576149, 601516, 637390, 642201, 661675, 678508, 688387, 693873, 702759, 706845, 712291, 740575, 751304, 780829, 782051, 788102, 788103, 790691, 793121, 797860, 798606, 804902, 809533, 827032, 830890, 834899, 838678, 860779, 870923, 879222, 901292, 906415, 913855, 931416, 931417, 931419, 944655, 955447, 962916, 978144, 982052, 998854, 1039198, 1070972, 1097720, 1109108, 1111105, 1142407, 1165544, 1166218, 1191067, 1192608, 1195354, 1196642, 1259306, 1284144, 1448793, 1450300, 1474661, 1517546, 1519962, 1551545, 7799116, 6852771, 8109007, 6787727, 8182493, 8408676, 8434640, 9767339, 4757880, 11500530 & 1480609. In: tatoeba.org, CC BY 2.0 FR