Was heißt »bö­se« auf Niederländisch?

Das Adjektiv »bö­se« lässt sich wie folgt von Deutsch auf Niederländisch übersetzen:

  • kwaad
  • boos

Deutsch/Niederländische Beispielübersetzungen

Nein, ich bin nicht böse auf dich, ich bin nur enttäuscht.

Nee, ik ben niet kwaad op je, ik ben gewoon teleurgesteld.

Gute Mädchen kommen in den Himmel, böse Mädchen kommen überall hin.

Goede meisjes gaan naar de hemel, slechte meisjes gaan naar overal.

Deine Frau ist mit dir böse.

Je vrouw is boos op je.

Ich war sehr böse auf ihn.

Ik was erg boos op hem.

Es war einmal ein böser König in England.

Er was eens een slechte koning in Engeland.

Hunger macht böse.

Honger maakt een mens kwaad.

Bist du böse um das, was ich gesagt habe?

Ben je kwaad vanwege wat ik gezegd heb?

Sie war böse auf ihren Sohn.

Ze was boos op haar zoon.

Er war böse auf sie.

Hij was boos op haar.

Tom wurde böse.

Tom werd kwaad.

Ob Tom wohl böse ist?

Is Tom boos?

Ich war Tom nicht böse.

Ik was niet kwaad op Tom.

Mama und Papa werden bestimmt nicht böse.

Mama en papa worden vast niet boos.

Seine Freundin war ihm sehr böse.

Zijn vriendin was zeer boos op hem.

Ich wurde böse.

Ik werd kwaad.

Meine Mutter ist böse, dass ich mit dir befreundet bin.

Mijn moeder is boos dat ik met jou bevriend ben.

Synonyme

ag­gres­siv:
agressief
blöd:
stom
stompzinnig
bös­ar­tig:
boosaardig
kwaadaardig
dumm:
dom
em­pört:
verontwaardigd
per­fi­de:
perfide
sau­ber:
netjes
schoon
zindelijk
zuiver
schä­big:
ssjofel
schlecht:
slecht
zwak
scho­fel:
sjofel
schreck­lich:
schrikkelig
verschrikkelijk
wü­tend:
woedend
zor­nig:
woedend

Sinnverwandte Wörter

falsch:
fout
verkeerd
ge­fähr­lich:
gevaarlijk
miss­mu­tig:
chagrijnig
narrig
sacherijnig
sau­er:
zuur

Antonyme

freund­lich:
vriendelijk
gut:
goed
mensch­lich:
menselijk
po­si­tiv:
positief

Niederländische Beispielsätze

  • Geld is de wortel van alle kwaad.

  • Weet jij waarom ze zo boos is?

  • Zo gauw als ik hem zag, wist ik dat hij boos was.

  • Spreek geen kwaad van anderen achter hun rug om.

  • De leerkracht was heel kwaad, en stuurde Johnny uit de klas.

  • Waarom is hij kwaad?

  • Zeg mij a.u.b. waarom ze kwaad werd.

  • Ik heb geen enkel idee waarom zij zo kwaad geworden is.

  • Ik ben kwaad op haar.

  • Ik ben boos op haar.

  • Alstublieft word niet kwaad als ik kritiek heb.

  • Het antwoord maakte mij boos.

  • Hij heeft tegen mij gelogen, daarom ben ik kwaad op hem.

  • "De maat is vol!" zei de waard boos terwijl hij mijn glas nog een laatste keer vol schonk.

  • Ze dacht aan geen kwaad.

  • Word niet boos.

  • Hij werd kwaad.

  • Zij werd kwaad.

  • Hij was boos op zijn zoon.

  • Als je boos bent, tel dan tot tien voordat je wat zegt.

Übergeordnete Begriffe

Böse übersetzt in weiteren Sprachen:

Quellen:
  1. [Übersetzungen] Wiktionary-Autoren: böse. In: Wiktionary – Das freie Wörterbuch, 2023, [online] de.wiktionary.org, CC BY-SA 3.0
  2. [Synonyme] OpenThesaurus-User: böse. In: OpenThesaurus – Das freie Wörterbuch für Synonyme, 2023, [online] openthesaurus.de, CC BY-SA 4.0
  3. [Beispielübersetzungen] User-generated content: Satz Nr. 6180, 635642, 638331, 709703, 725771, 1188269, 1696191, 1901544, 2629894, 3172225, 4944574, 5608918, 5995175, 6740466, 6842893, 7603254, 381263, 409575, 419039, 549334, 656511, 659346, 679014, 688511, 702726, 702727, 712089, 736240, 769135, 787655, 837941, 858247, 859800, 859802, 1033266 & 1057165. In: tatoeba.org, CC BY 2.0 FR