Das Substantiv »Stern« lässt sich wie folgt von Deutsch auf Niederländisch übersetzen:
asterisk
ster(weiblich)
Deutsch/Niederländische Beispielübersetzungen
Mit diesem Teleskop kann man Sterne und Träume sehen.
Met deze telescoop kun je sterren en dromen zien.
Dieser kleine Stern ist der hellste.
Dat kleine sterretje is het helderste.
Kein Stern war am Himmel zu sehen.
Je kon geen ster aan de hemel zien.
Heute habe ich einen Stern gesehen.
Ik heb vandaag een ster gezien.
Astronomie handelt von Sternen und Planeten.
Astronomie houdt zich bezig met sterren en planeten.
Die Sterne schienen die ganze Zeit.
De sterren schitterden de hele tijd.
Dies ist eine Geschichte über Sterne.
Dit is een verhaal over sterren.
Die Sterne leuchten.
De sterren stralen.
Er hat einen neuen Stern entdeckt.
Hij heeft een nieuwe ster ontdekt.
Die Erde ist ein Planet, kein Stern.
De aarde is een planeet, geen ster.
Es sind so viele Sterne am Himmel, ich kann sie nicht alle zählen.
Er staan zoveel sterren aan de hemel, ik kan ze niet allemaal tellen.
Die Sterne funkelten.
De sterren fonkelden.
Es gibt Milliarden von Sternen im Universum.
Er zijn miljarden sterren in het universum.
Die zwölf Sterne in der Flagge der Europäischen Union symbolisieren nicht die zwölf Gründungsmitglieder der Union. Sie symbolisieren die Zwölf Apostel.
De twaalf sterren op de vlag van de Europese Unie symboliseren niet de twaalf oprichters van de unie. Ze symboliseren de twaalf apostelen.
Auf der amerikanischen Flagge sind fünfzig Sterne.
Op de Amerikaanse vlag staan vijftig sterren.
Die Erde ist kein Stern, sondern ein Planet.
De aarde is geen ster, maar een planeet.
Kann man diese Sterne in Australien sehen?
Kun je deze sterren in Australië zien?
Folge den Sternen.
Volg de sterren.
Es gibt eine Menge Sterne, welche größer als unsere Sonne sind.
Er zijn veel sterren die groter zijn dan onze zon.
Dieser Stern ist so groß, dass du ihn mit dem bloßen Auge sehen kannst.
Deze ster is zo groot, dat je hem met het blote oog kunt zien.
Viele Sterne sind viel größer als unsere Sonne.
Er bestaan veel sterren die groter zijn dan onze zon.
Die glitzernd leuchtenden Sterne am Nachthimmel sahen aus wie Edelsteine.
De glinsterende sterren in de avondhemel leken op edelstenen.
Die Sonne, der Mond und die Sterne gehören alle zum Weltall.
De zon, de maan en de sterren behoren alle tot het universum.
Es gibt in der Galaxie unzählige Sterne.
Er zijn ontelbaar veel sterren in het melkwegstelsel.
Es steht noch in den Sternen, wenn sie kommen wird.
Je hebt er het raden naar wanneer ze zal komen.
Antares ist ein roter Stern.
Antares is een rode ster.
Es gibt Millionen von Sternen im Universum.
Er zijn miljoenen sterren in het universum.
Die Sterne, die begehrt man nicht, man freut sich ihrer Pracht.
De sterren begeert men niet, men verheugt zich in hun pracht.
Du kannst am Himmel viele Sterne sehen.
Je kan veel sterren aan de hemel zien.
Wie viele Sterne gibt es in unserer Milchstraße?
Hoeveel sterren zijn er in ons melkwegstelsel?
Drei Dinge blieben uns vom Paradiese: die Sterne, die Blumen und die Kinder.
Drie dingen zijn ons uit het paradijs overgebleven: de sterren, de bloemen en de kinderen.
Sein Stern verblasst.
Zijn ster is aan het tanen.
Was ist der Unterschied zwischen einem Stern und einem Planeten?
Wat is het verschil tussen een ster en een planeet?
Waren Sterne am Himmel?
Stonden er sterren aan de hemel?
Ein paar Sterne erscheinen am Nachthimmel.
Enkele sterren verschenen aan de nachtelijke hemel.
Betrachte die Sterne.
Kijk naar de sterren.
Wir schauten in den Himmel, konnten aber keine Sterne sehen.
We keken naar de hemel maar konden geen sterren zien.
Tom blickte hinauf zu den Sternen.
Tom keek omhoog naar de sterren.
Sterne leuchten am Himmel.
Sterren stralen aan de hemel.
Der pechschwarze Nachthimmel hatte keine Sterne.
Er stonden geen sterren aan de pekzwarte nachtelijke hemel.
Sterne sind schön.
Sterren zijn mooi.
Dieser Planet umläuft zwei Sterne.
Deze planeet draait om twee sterren.
Im Sommer kannst du nachts sehr viele Sterne sehen.
's Zomers kun je een heleboel sterren zien 's nachts.
Haben Sie schon einmal versucht, die Sterne zu zählen?
Heeft u wel eens geprobeerd, de sterren te tellen?
Es gibt im Universum viele Sterne, die größer als die Sonne sind.
In het universum zijn er veel sterren die groter zijn dan de zon.
Warum gibt es Sterne am Himmel?
Waarom zijn er sterren aan de hemel?
Der erdnahste Stern ist ungefähr viereinhalb Lichtjahre von der Erde enfernt.
De dichtsbijzijnde ster bevindt zich op ongeveer vierenhalf lichtjaar van de aarde.
De dichtsbijzijnde ster bevindt zich op ongeveer vier en een half lichtjaar van de aarde.
Etwa drei Viertel aller Sterne im Universum sind Rote Zwerge.
Ongeveer driekwart van alle sterren in het universum zijn rode dwergen.
An der Tür war ein großer, goldener Stern.
Er stond een grote gouden ster op de deur.
Ich weiß noch nicht, ob ich Sterne bekommen werde.