Was heißt »Holz« auf Niederländisch?

Das Substantiv »Holz« lässt sich wie folgt von Deutsch auf Niederländisch übersetzen:

Deutsch/Niederländische Beispielübersetzungen

Dieses Spielzeug ist aus Holz.: Dat speelgoed is van hout gemaakt.
Holz schwimmt, aber Eisen sinkt nach unten.: Hout drijft, maar ijzer zinkt naar beneden.
Die Brücke besteht aus Holz.: De brug bestaat uit hout.; De brug is van hout.; De brug is van hout gemaakt.
Dieser Tisch ist aus Holz.: Die tafel is van hout.
Trockenes Holz brennt gut.: Droog hout brandt goed.
Er hat vier Beine, ist aus Holz und steht in der Küche.: Het heeft vier poten, is van hout en staat in de keuken.
Ich habe einen Tisch aus Holz.: Ik heb een tafel van hout.
Wir verkaufen Teller aus Metall, aus Papier und aus Holz.: Wij verkopen metalen, papieren en houten borden.
Ich habe einen Schreibtisch aus Holz gebaut.: Ik maakte een bureau van hout.
Holz schwimmt im Wasser.: Hout drijft in water.
Die meisten Matrjoschkas sind aus Holz.: De meeste matroesjka's zijn van hout.
Die Kiste ist aus Holz.: De doos is van hout gemaakt.
Das Auditorium ist innen vollständig mit Holz verkleidet.: Het auditorium is binnen helemaal met hout bekleed.
Dummheit und Stolz wachsen auf einem Holz.: Domheid en trots groeien op hetzelfde hout.
Holz schwimmt.: Hout drijft.
Alle Spielsachen sind aus Holz.: Al het speelgoed is van hout.
Deck das Holz mit einer Plane ab!: Bedek dat hout met een zeildoek.

Teak is een tropisch donker hout dat gebruikt wordt om meubelen te maken.