Was heißt »eher« auf Niederländisch?

Deutsch/Niederländische Beispielübersetzungen

Ah, jetzt erinnere ich mich. Ich habe ein Kondom benutzt; etwas, das ich selten oder eher fast nie tue.

Ah, nu herinner ik het mij. Ik gebruikte een condoom; iets dat ik zelden, of juister gezegd bijna nooit doe.

Kinder ahmen eher ihre Freunde als ihre Eltern nach.

Kinderen imiteren eerder hun vrienden dan hun ouders.

Normalerweise zahle ich eher mit Kreditkarte als bar.

Normaal betaal ik met een kredietkaart in plaats van met baar geld.

Seine neuartigen Ideen bringen ihn immer wieder in Verlegenheit mit seinen eher konservativen Kollegen.

Zijn vernieuwende ideeën brengen hem altijd in verlegenheid met zijn meer conservatieve collega's.

Herr Baker ist eher Gelehrter als Lehrer.

Mr Baker is niet zozeer een leraar als wel een geleerde.

Tom sieht eher wie ein Lehrer als wie ein Schüler aus.

Tom lijkt meer op een leraar dan op een leerling.

Ich bin eher aufgestanden als sonst immer.

Ik ben eerder opgestaan dan normaal.

Tom ist einen Tag eher angekommen, als wir ihn erwartet hatten.

Tom is een dag eerder aangekomen dan we hadden verwacht.

Sein Gedächtnisverlust ist eher eine psychische Behinderung und keine physische.

Zijn geheugenverlies is eerder een psychische dan een fysieke beperking.

Koffer sind doch nicht mehr zeitgemäß. Heute verwendet man eher Reisetaschen.

Koffers zijn niet langer van deze tijd. Vandaag gebruikt men meer reistassen.

Tom und Maria kämen bestimmt eher, wenn du sie darum bätest.

Tom en Maria zouden zeker eerder gekomen zijn als je hen erom had gevraagd.

Die amerikanische Gebärdensprache gleicht durch einen historischen Zufall eher der französischen Gebärdensprache als der britischen.

De Amerikaanse gebarentaal lijkt door een historisch toeval meer op de Franse gebarentaal dan op de Britse.

Meine Kenntnisse des Japanischen sind eher schwach.

Mijn kennis van Japans is eerder zwak.

Geld macht nicht korrupt – kein Geld schon eher.

Geld maakt niet corrupt - geen geld misschien wel.

Das hättest du mir eher sagen können.

Dat had je me wel eerder kunnen zeggen.

Das hätten Sie mir eher sagen können.

Dat had u me wel eerder kunnen zeggen.

Synonyme

be­zie­hungs­wei­se:

dan wel

respectievelijk

da­vor:

daarvoor

durch­aus:

volstrekt

ei­gent­lich:

eigenlijk

ei­ni­ger­ma­ßen:

enigszins

ganz:

gaaf

heel

onbeschadigd

ongebroken

halb­wegs:

halverwege

prak­tisch:

handig

praktisch

ver­hält­nis­mä­ßig:

evenredig

vor­her:

van tevoren

Antonyme

spä­ter:

later

Niederländische Beispielsätze

• Ik heb ze nog niet eerder gehoord.

• Tom had nog nooit eerder met een meisje geschuifeld.

• Ik heb haar eerder gezien.

• Tom had dit probleem nog nooit eerder gehad.

• Ik heb nog nooit eerder een mango gegeten.

• Sorry dat ik eerder zo onbeschoft was.

• Sorry dat ik eerder zo onbeleefd was.

• Heb ik u al niet eens eerder ontmoet?

• Zij is eerder een kennis dan een vriendin.

• Ben je al eerder in dit eetcafé geweest?

• Tom is eerder langsgekomen.

• Ik denk dat je dit al eerder hebt gezegd.

• Vandaag wil ik iets eerder naar bed.

• Ik zal de volgende keer eerder komen.

• Ik ben hier nog nooit eerder gekomen.

• Ik ben eerder opgestaan om jou te zien.

• Dat heb je eerder niet gezegd.

• We hebben elkaar eerder ontmoet.

• Ik had eerder moeten komen.

• Doe het opnieuw, net zoals eerder.