Was heißt »Bauch« auf Niederländisch?

Deutsch/Niederländische Beispielübersetzungen

Ich lag auf dem Bauch.

Ik lag op mijn buik.

Ein voller Bauch studiert nicht gern.

Een volle buik studeert niet graag.

Mein Bauch tut mir weh.

Mijn buik doet pijn.

Mein Bauch ist dick.

Mijn buik is dik.

Tom tut der Bauch weh.

Tom heeft buikpijn.

Ich habe Schmetterlinge im Bauch.

Ik heb kriebels in de buik.

Ik heb vlinders in mijn buik.

Ich fühlte einen stechenden Schmerz in meinem Bauch.

Ik voelde een scherpe pijn in mijn maag.

Willkommen zu unserer Gymnastikstunde! Heute zeigen wir Ihnen zehn Übungen für Bauch, Beine und Po, die Ihnen helfen werden, Ihren Körper in Form zu bringen.

Welkom bij onze gymnastiekles! Vandaag zullen we u tien buik-, been- en biloefeningen tonen die u zullen helpen uw lijf in vorm te krijgen.

Ich habe bereits Schmetterlinge im Bauch.

Ik heb al vlinders in mijn buik.

Ein hungriger Bauch hat keine Ohren.

Een hongerige buik heeft geen oren.

Synonyme

Ab­do­men:

abdomen

Ma­gen:

maag

Antonyme

Be­cken:

bekken

Brust:

borst

Brust­korb:

borstkas

Hüf­te:

heup

me­di­zi­nisch:

geneeskundig

medisch

Rü­cken:

Rug

rugslag

Tail­le:

middel

taille

Tho­rax:

thorax

Wei­che:

flank

Niederländische Beispielsätze

• Ik heb mijn buik vol van dat natte weer.

• De mensen hadden de buik vol van geweld.

• Ik kan op mijn buik zwemmen, maar niet op mijn rug.

• Succes stijgt de mensen vaak naar het hoofd, maar het ergste van al is de impact op de buik.

• Heb je je buik vol gekregen?

Übergeordnete Begriffe

Kör­per­teil:

lichaamsdeel

Untergeordnete Begriffe

me­di­zi­nisch:

geneeskundig

medisch

Per­son:

persoon

Sy­n­o­nym:

synoniem