Was heißt »Sturm« auf Niederländisch?
Das Substantiv »Sturm« lässt sich wie folgt von Deutsch auf Niederländisch übersetzen:
- storm
Deutsch/Niederländische Beispielübersetzungen
Ihr kennt den Satz, wir ernten, was wir säen. Ich habe den Wind gesät und hier ist mein Sturm.
Jullie kennen de uitdrukking, dat we oogsten wat we zaaien. Ik heb de wind gezaaid en hier is mijn storm.
Nach dem Sturm wurde das Meer wieder ruhig.
Na de storm werd de zee terug kalm.
Wer Wind sät, wird Sturm ernten.
Wie wind zaait, zal storm oogsten.
Der Sturm hat großen Schaden verursacht.
De storm veroorzaakte veel schade.
Dieser Wind ist ein Vorzeichen für einen Sturm.
Deze wind is een voorteken van een storm.
Der Sturm scheint sich gelegt zu haben.
Het ziet ernaar uit dat de storm is gaan liggen.
Der Sturm wurde zum Taifun.
De storm ontwikkelde zich tot een tyfoon.
Nach dem Sturm war die Straße von umgestürzten Bäumen blockiert.
Na de storm was de weg door omgevallen bomen geblokkeerd.
Der Sturm hat einen Baum umgehauen.
De storm heeft een boom omgewaaid.
Wird für morgen ein Sturm vorhergesagt?
Wordt voor morgen een storm voorspeld?
Der Sturm hat schweren Schaden für die Ernte verursacht.
De storm heeft zware schade toegebracht aan de oogst.
Tom kennt nicht den Unterschied zwischen einem Wind, einem Sturm und einem Orkan.
Tom kent het verschil niet tussen een wind, een storm en een orkaan.
Wir mussten wegen des Sturmes zu Hause bleiben.
Wij moesten thuisblijven vanwege de storm.
Das Dorf wurde durch einen starken Sturm isoliert.
Het dorp raakte door de zware storm geïsoleerd.
Des Sturmes wegen konnte das Schiff nicht aus dem Hafen auslaufen.
Vanwege de storm kon het schip de haven niet verlaten.
Aufgrund des Sturmes hatten wir keine andere Wahl, als zu Hause zu bleiben.
Door de storm hadden wij geen andere keus dan thuis te blijven.
Den guten Steuermann erkennt man erst im Sturm.
De goede stuurman herkent men pas tijdens de storm.
Wir schoben unsere Abreise wegen des Sturmes auf.
We stelden ons vertrek uit vanwege de storm.
Das Dorf wurde durch einen heftigen Sturm von der Umgebung abgeschnitten.
Het dorp werd door een heftige storm van de omgeving afgesneden.
Lassen Sie uns beschließen, dass wir unseren Kindern keine Welt hinterlassen, in der die Ozeane anschwellen, sich eine Hungersnot ausbreitet und schreckliche Stürme unser Land verwüsten.
Laten wij onze kinderen geen wereld nalaten waarin de oceanen aanzwellen, hongersnood heerst en verschrikkelijke stormen ons land teisteren.
Das war die Ruhe vor dem Sturm.
Dat was de stilte voor de storm.
Das ist die Ruhe vor dem Sturm.
Dat is de stilte voor de storm.
Nach dem Sturm war die See ruhig.
Na de storm was de zee kalm.
Sturm im Wasserglas.
Storm in een glas water.
Der Wetterfrosch sagt, ein Sturm zieht auf.
De weerman voorspelt storm.
Der Sturm ist gefährlich.
De storm is gevaarlijk.
Maria verursachte einen Sturm im Wasserglas.
Maria veroorzaakte een storm in een glas water.
Der Sturm legte sich.
De storm ging liggen.
Synonyme
- Angriff:
- aanval
- Offensive:
- offensief
- Orkan:
- orkaan
- Wind:
- wind
Sinnverwandte Wörter
- Heer:
- leger
Antonyme
- Verteidigung:
- verdediging
Niederländische Beispielsätze
Tijdens de storm was er een stroomonderbreking.
Het schip zonk tijdens de storm.
Deze wind is een teken voor een storm.
Er schijnt een storm op komst te zijn.
Übergeordnete Begriffe
- Gliederung:
- geleding
Untergeordnete Begriffe
- Ansturm:
- bestorming
- Herbststurm:
- najaarsstorm
- Schneesturm:
- sneeuwstorm
- Wirbelsturm:
- wervelwind