Was heißt »sparen« auf Niederländisch?
Das Verb »sparen« lässt sich wie folgt von Deutsch auf Niederländisch übersetzen:
- sparen
Deutsch/Niederländische Beispielübersetzungen
Sie spart Geld, um ins Ausland zu gehen.
Ze spaart om naar het buitenland te trekken.
Ze spaart geld om naar het buitenland te gaan.
Die Buchstaben sch in deutschen Wörtern und sh in englischen werden in Esperanto als ŝ geschrieben. Das spart Platz und Tinte.
De letters "sch" in Duitse woorden en "sh" in het Engels worden geschreven als "ŝ" in het Esperanto. Dat scheelt ruimte en inkt.
Bei den Reichen lernt man sparen, bei den Armen kochen.
Bij de rijken leert men sparen, bij de armen koken.
Wir müssen sparen.
Wij moeten bezuinigen.
Wij moeten besparen.
Ich spare, um nach Australien fahren zu können.
Ik ben aan het sparen, zodat ik naar Australië kan gaan.
Bis Weihnachten sollte ich genug Geld gespart haben, um mir einen Wagen zu kaufen.
Ik zou genoeg geld moeten hebben gespaard om tegen Kerstmis een auto te kopen.
Sie können eine Menge Geld sparen, wenn Sie beschließen, keine Markenwaren zu kaufen.
U kunt veel geld besparen als u besluit geen merkartikelen te kopen.
Wir müssen unserer Ausgaben einschränken, um Geld zu sparen.
We moeten onze uitgaven beperken om geld te sparen.
Tom fährt mit 100 km/h auf der Autobahn, um Sprit zu sparen.
Tom rijdt zestig mijlen per uur op de snelweg om brandstof te besparen.
Was ist die beste Methode, Geld zu sparen?
Wat is de beste manier om geld te besparen?
Um Geld zu sparen, fliegt Tom immer dritter Klasse.
Om geld te besparen, vliegt Tom altijd in economyclass.
Um Geld zu sparen, fing Tom an, selbst zu kochen.
Tom begon zelf zijn eten te koken om geld te besparen.
Sie haben ein Jahr auf die Reise gespart.
Ze hebben een jaar gespaard voor de reis.
Synonyme
Niederländische Beispielsätze
Als je dat waterpistool wilt hebben, moet je er zelf maar voor sparen. Ik kan geen speelgoed voor je blijven kopen. Het geld groeit niet op m'n rug.