Was heißt »hin­zu­fü­gen« auf Niederländisch?

Deutsch/Niederländische Beispielübersetzungen

Du hast einen Kommentar hinzugefügt, keine Übersetzung. Um eine Übersetzung hinzuzufügen, klick auf das Symbol «あ→а» über dem Satz.

Ge hebt een commentaar toegevoegd, geen vertaling. Om een vertaling toe te voegen, klik op het symbool «あ→а» boven de zin.

Sollte ich vielleicht auch Sätze ohne Übersetzung hinzufügen? Das ist ein sehr schneller Weg, die Popularität der eigenen Sprache zu verbessern.

Zal ik misschien ook zinnetjes toevoegen zonder vertalingen? Dat is een erg snelle methode om de populariteit van de eigen taal te verbeteren.

Verändere keine Sätze, die korrekt sind. Stattdessen kannst du eine Alternativübersetzung, die natürlicher klingt, hinzufügen.

Verander geen zinnen die correct zijn. In plaats daarvan kun je natuurlijk klinkende alternatieve vertalingen toevoegen.

Wir feiern den 28. November als Tatoebatag, weil es der Tag ist, an dem Türkisch, Esperanto und Griechisch hinzugefügt wurden.

We vieren 28 november als Tatoebadag, omdat het de dag is waarop Turks, Esperanto en Grieks werden toegevoegd.

Das Pulver hinzufügen, umrühren, und fertig ist die Laube.

Voeg het poeder toe, roer en klaar is Kees.

Anschließend drei Eier, fünf Esslöffel Kondensmilch und die geschmolzene Schokolade hinzufügen und umrühren, bis ein geschmeidiger Teig entsteht.

Voeg vervolgens drie eieren, vijf eetlepels gecondenseerde melk en de gesmolten chocolade toe en roer tot er zich een glad deeg vormt.

Das Eiweiß mit dem Rest des Zuckers schlagen und dann den Likör nach und nach hinzufügen.

Klop het eiwit op met de rest van de suiker, en voeg er daarna beetje bij beetje de likeur aan toe.

Kann ich euch bei Facebook hinzufügen?

Kan ik jullie toevoegen op Facebook?

Tom hat bei Tatoeba über 50 000 Sätze hinzugefügt.

Tom voegde meer dan 50.000 zinnen toe aan Tatoeba.

Synonyme

ad­die­ren:

optellen

an­fü­gen:

bijvoegen

bei­fü­gen:

bijgaand

bijgesloten

bijvoegen

ein­ge­ben:

aanpraten

geven

indienen

ingeven ((iemand iets) ingeven)

invoeren

toedienen

voordragen

er­fas­sen:

grijpen

vatten

er­gän­zen:

aanvullen

vervolledigen

schlu­cken:

inslikken

slikken

Niederländische Beispielsätze