Was heißt »Kuss« auf Niederländisch?
Das Substantiv »Kuss« (veraltet: Kuß) lässt sich wie folgt von Deutsch auf Niederländisch übersetzen:
- kus (männlich)
- zoen (männlich)
Deutsch/Niederländische Beispielübersetzungen
Deine Küsse schmecken nach Zimt.
Jouw kussen smaken naar kaneel.
Er gab ihr den ersten Kuss.
Hij gaf haar de eerste kus.
Sie gab ihrem Vater einen Kuss auf die Wange.
Ze kuste haar vader op de wang.
Sie hat mir auf einmal einen Kuss gegeben.
Plots kuste ze me.
Ze gaf me plots een zoen.
Er verabschiedete sich von ihr mit einem Kuss.
Hij nam afscheid van haar met een kus.
Den ersten Kuss vergessen wir nie.
We vergeten nooit onze eerste kus.
Julia gibt ihrer Tochter einen Kuss.
Julia geeft een kus aan haar dochter.
Gib mir einen Kuss!
Geef me een kus.
Der erste Preis ist ein Kuss von der Prinzessin.
De eerste prijs is een kus van de prinses.
Sie gab mir unvermittelt einen Kuss.
Ze gaf me plotseling een kus.
Einen Kuss in Ehren mag niemand verwehren.
Een kus in ere kan niemand weigeren.
Sie gab mir einen Kuss auf die Wange.
Ze gaf me een kus op de wang.
Du schuldest mir einen Kuss!
Je bent me een zoen verschuldigd.
Je bent me een kus verschuldigd.
Tom wandte sich Maria zu und gab ihr zwei Küsse, einen auf jede Wange.
Tom keerde naar Mary en gaf haar twee kusjes, een op elke wang.
Wenn du mir ein Eis kaufst, gebe ich dir einen Kuss.
Als je mij ijs koopt, dan zal ik je kussen.
Als je mij een ijsje koopt, dan geef ik je een kus.
Als je mij een ijsje betaalt, dan geef ik je een zoen.
Sie gab ihm einen dicken Kuss.
Ze gaf hem een dikke zoen.
Das nennst du einen Kuss?
Noem jij dat een kus?
Es war nur ein Kuss.
Het was maar een kus.
Das Virus kann beim Küssen übertragen werden.
Het virus kan worden overgedragen door te kussen.
Synonyme
Niederländische Beispielsätze
Ik kus met open ogen.
Mag ik je een kus geven?
Hou je mond en kus me!
Untergeordnete Begriffe
- Judaskuss:
- judaskus