Was heißt »Weiß« auf Niederländisch?

Das Substantiv »Weiß« (auch: Weiss) lässt sich wie folgt von Deutsch auf Niederländisch übersetzen:

  • wit (sächlich)

Deutsch/Niederländische Beispielübersetzungen

Weiß er, dass du ihn liebst?

Weet hij dat je van hem houdt?

Eine Krankenschwester trägt Weiß.

Een verpleegster kleedt zich in het wit.

Weiß jemand, wie man in Krisenzeiten Geld verdienen kann?

Weet iemand hoe aan een inkomen te geraken in crisistijd?

Weet iemand hoe je geld kunt verdienen in tijden van crisis?

Weiß Tom davon?

Weet Tom ervan af?

Sie war bei dem Fest in Weiß gekleidet.

Ze was in het wit gekleed tijdens het feest.

Weiß Tom schon?

Weet Tom het al?

Weiß Tom Bescheid?

Weet Tom het?

Weet Tom ervan?

Weiß jemand, wo Tom ist?

Weet iemand waar Tom is?

Sie ist in Weiß gekleidet.

Ze is in het wit gekleed.

Weiß jemand, wo ich eine finden könnte?

Weet iemand waar ik er een zou kunnen vinden?

Entschuldigen Sie: Sind Sie nicht Herr Weiß?

Excuseer mij, bent u niet de heer Weiß?

Weiß jemand, wie man Photoshop benutzt?

Weet iemand hoe Photoshop werkt?

Weiß irgend jemand, wo Tom hin ist?

Weet iemand waar Tom heen is?

Weiß jemand, was wirklich vorgefallen ist?

Weet iemand wat er echt gebeurd is?

Weiß jemand, was das ist?

Weet iemand wat dit is?

Weiß jemand, dass wir hier sind?

Weet iemand dat we hier zijn?

Weiß er etwas?

Weet hij iets?

Weiß Tom, dass du kommst?

Weet Tom dat je komt?

Weiß Tom, dass du ihn liebst?

Weet Tom dat je van hem houdt?

Weiß Tom, dass du Maria liebst?

Weet Tom dat je van Maria houdt?

Weiß sie, dass ich hier bin?

Weet ze dat ik hier ben?

Weiß er, dass ich hier bin?

Weet hij dat ik hier ben?

Synonyme

Schnee:
sneeuw

Antonyme

Blau:
blauw
Braun:
bruin
Gelb:
geel
Oran­ge:
appelsien
bitterappelsien
bittersinaasappel
oranje
oranjeappel
sinaasappel
zoete oranje
zure appelsien
zure oranje
zure sinaasappel
Rot:
rood
Schwarz:
zwart

Niederländische Beispielsätze

  • Eigenlijk wilde ik een jonkvrouw zijn in een toren die bewaakt wordt door zeven draken, en dan zou een prins op een wit paard alle draken hun kop afhakken en mij bevrijden.

  • We hebben twee katten; de ene is wit en de andere zwart.

  • Haar huid is zo wit als sneeuw.

  • De hond is wit.

  • Ze heeft een kat. Die kat is wit.

  • De tafel was stijlvol gedekt met een wit tafellaken, het mooiste porselein, zilveren bestek en kunstig gevouwen servetten, en kandelaars met crèmekleurige kaarsen verlichtten de ruimte.

  • Ze heeft de muur wit geverfd.

  • De wit geklede jonge vrouw is mijn verloofde.

  • Mijn hond is wit.

  • Waarom is sneeuw wit?

  • Papier is wit, koolstof is zwart.

  • Papier is wit, kolenstof is zwart.

  • De Franse vlag is blauw, wit en rood.

  • Het papier is heel wit, maar de sneeuw is witter.

  • Het maakt niet uit of de kat zwart is of wit, als ze maar muizen vangt.

  • Zijn haar is wit geworden.

  • Het papier is wit.

  • Papa schilderde de muren wit.

  • Ze heeft twee katten. De ene is wit en de andere is zwart.

  • Haar huid is wit, zo wit als sneeuw.

Übergeordnete Begriffe

Far­be:
kleur

Weiß übersetzt in weiteren Sprachen:

Quellen:
  1. [Übersetzungen] Wiktionary-Autoren: Weiß. In: Wiktionary – Das freie Wörterbuch, 2023, [online] de.wiktionary.org, CC BY-SA 3.0
  2. [Synonyme] OpenThesaurus-User: Weiß. In: OpenThesaurus – Das freie Wörterbuch für Synonyme, 2023, [online] openthesaurus.de, CC BY-SA 4.0
  3. [Beispielübersetzungen] User-generated content: Satz Nr. 403657, 651465, 763678, 1703201, 1800697, 1997592, 1997593, 2416870, 2567476, 2815126, 2932358, 3473206, 3847151, 5280064, 5877824, 5975036, 6195143, 6641515, 6641517, 7980334, 11008458, 11008459, 386519, 412341, 419364, 444523, 561655, 623714, 695110, 714452, 723719, 748638, 760050, 781871, 848136, 864986, 1133748, 1142760, 1306774, 1479957, 1500470 & 1827606. In: tatoeba.org, CC BY 2.0 FR