Was heißt »Ein­bu­ße« auf Niederländisch?

Das Substantiv »Ein­bu­ße« (auch: Einbusse) lässt sich wie folgt von Deutsch auf Niederländisch übersetzen:

  • verlies

Synonyme

Ab­fall:
afval
Ab­nah­me:
afneming
Man­gel:
gebrek
gemis
Nach­teil:
nadeel
Op­fer:
offer
Ver­rin­ge­rung:
vermindering

Sinnverwandte Wörter

Ader­lass:
aderlating
Aus­fall:
uitval
Scha­den:
schade
strop

Niederländische Beispielsätze

  • Ik verlies ze niet.

  • Ik verlies geen tijd.

  • Ik verlies.

  • De dood van de broer was een zwaar verlies.

  • Hij schatte het verlies op vijf miljoen yen.

  • Een kleine winst is beter dan een groot verlies.

  • De onderneming werkt met verlies.

  • Zijn dood is een groot verlies voor onze firma.

Einbuße übersetzt in weiteren Sprachen:

Quellen:
  1. [Übersetzungen] Wiktionary-Autoren: Einbuße. In: Wiktionary – Das freie Wörterbuch, 2022, [online] de.wiktionary.org, CC BY-SA 3.0
  2. [Synonyme] OpenThesaurus-User: Einbuße. In: OpenThesaurus – Das freie Wörterbuch für Synonyme, 2023, [online] openthesaurus.de, CC BY-SA 4.0
  3. [Beispielübersetzungen] User-generated content: Satz Nr. 9693355, 9118267, 8772088, 7922623, 7053045, 6087463, 701040 & 664258. In: tatoeba.org, CC BY 2.0 FR