Was heißt »U-Bahn« auf Niederländisch?

Deutsch/Niederländische Beispielübersetzungen

Sie nahmen die U-Bahn.

Ze namen de metro.

Ich treffe Mihaela jeden Morgen in der U-Bahn.

Ik ontmoet Mihaela elke morgen in de metro.

Es gibt jetzt eine U-Bahn in Rio.

Er is al een metro in Rio.

Entschuldigung, wo ist die U-Bahn?

Pardon, waar is de metro?

Sie ist schlechter Laune, weil sie die U-Bahn verpasste und zu Fuß zur Arbeit gehen musste.

Zij is chagrijnig, omdat ze de metro gemist had en naar het werk moest lopen.

Fährt die U-Bahn zum Flughafen?

Gaat de metro naar het vliegveld?

Gaat de metro naar de vlieghaven?

Antonyme

Au­to:

auto

autootje

Bus:

bus

Stadt­bahn:

sneltram

Stra­ßen­bahn:

tram

Niederländische Beispielsätze

• Hij reisde met de metro.

• De metro van Moskou rijdt tot één uur 's nachts.

Übergeordnete Begriffe

Bahn:

traject

Fahr­zeug:

voertuig