Was heißt »Bund« auf Niederländisch?

Das Substantiv »Bund« lässt sich wie folgt von Deutsch auf Niederländisch übersetzen:

  • bond
  • bos

Synonyme

Al­li­anz:
alliantie
Bün­del:
bundel
Eid:
eed
Er­klä­rung:
toelichting
uitlegging
Li­ga:
liga
Pakt:
pakt
Uni­on:
unie
Ver­pflich­tung:
rechtsplicht
verbintenis
verplichting

Antonyme

Ge­mein­de:
gemeente
Kreis:
cirkel
kring
wijk
Land:
land
Stadt:
stad

Niederländische Beispielsätze

  • Het bos staat vol bomen.

  • Hij ziet het bos niet door al die bomen.

  • Hij ziet door de bomen het bos niet meer.

  • Vogels zongen in het bos.

  • Hij kwam met een grote bos bloemen.

  • Men zegt dat er in dit bos spoken zitten.

  • De jachthond liep richting het bos.

  • Ze verdween langzaam in het nevelige bos.

  • In het bos leven wilde dieren.

  • Ik was zowat verdwaald in het bos.

  • Tom kwam de kamer binnen met een bos bloemen.

  • Er zijn veel dieren te zien in dit bos.

  • Tom zag iets in het bos dat hem bang maakte.

  • Ik probeer te vermijden na zonsondergang het bos in te gaan.

  • Tom verdween het bos in.

  • Maria en Tom besloten het nabijgelegen bos in te wandelen.

  • Ik ben verdwaald in het bos.

  • Het bos brandt.

  • Ze is in het bos.

  • Tom is in het bos.

Übergeordnete Begriffe

Ver­wal­tung:
administratie

Untergeordnete Begriffe

Bund übersetzt in weiteren Sprachen:

Quellen:
  1. [Übersetzungen] Wiktionary-Autoren: Bund. In: Wiktionary – Das freie Wörterbuch, 2023, [online] de.wiktionary.org, CC BY-SA 3.0
  2. [Synonyme] OpenThesaurus-User: Bund. In: OpenThesaurus – Das freie Wörterbuch für Synonyme, 2023, [online] openthesaurus.de, CC BY-SA 4.0
  3. [Beispielübersetzungen] User-generated content: Satz Nr. 1114627, 734878, 688464, 685790, 649989, 389190, 384541, 377290, 1529094, 2093536, 4570539, 4584585, 4597098, 4915227, 4936053, 5036341, 5459069, 5490228, 5933150 & 6047612. In: tatoeba.org, CC BY 2.0 FR