Was heißt »roh« auf Niederländisch?
Das Adjektiv »roh« lässt sich wie folgt von Deutsch auf Niederländisch übersetzen:
- ruw
- grof
- onbeschaafd
Deutsch/Niederländische Beispielübersetzungen
Da er keine Möglichkeit hatte, Feuer zu machen, aß er den Fisch roh.
Gezien hij geen mogelijkheid had om vuur te maken, at hij de vis rauw.
Feinschmecker essen Muscheln roh.
Lekkerbekken eten mosselen rauw.
Synonyme
- hart:
- stug
- krude:
- cru
- unbehandelt:
- onbehandeld
Niederländische Beispielsätze
Zij is grof.
Tom gedraagt zich grof.
Het pak is gemaakt van erg ruw materiaal.
De methode was ruw maar efficiënt.