Was heißt »reduzieren« auf Niederländisch?
Das Verb reduzieren lässt sich wie folgt von Deutsch auf Niederländisch übersetzen:
- reduceren
Deutsch/Niederländische Beispielübersetzungen
Viele Firmen haben ihre Belegschaft auf ein Minimum reduziert.
Veel bedrijven hebben hun personeel tot het minimum verlaagd.
Könnten Sie den Preis etwas reduzieren?
Kunt u een beetje van de prijs afdoen?
Wir müssen die Kosten auf ein Minimum reduzieren.
We moeten de kosten tot een minimum beperken.
Man hat auf allen Straßen Bremsschwellen angebracht, um die Verkehrsgeschwindigkeit zu reduzieren.
Men heeft op alle straten verkeersdrempels aangebracht om de snelheid van het verkeer te beperken.
Synonyme
- abnehmen:
- afnemen
- dämpfen:
- stomen
- einschränken:
- beperken
- kürzen:
- schorten
- schmälern:
- verminderen
- schrumpfen:
- verschrompelen
- verringern:
- verminderen
Antonyme
- verdünnen:
- verdunnen