Was heißt »le­cker« auf Niederländisch?

Das Adjektiv »le­cker« lässt sich wie folgt von Deutsch auf Niederländisch übersetzen:

  • lekker
  • delicaat

Deutsch/Niederländische Beispielübersetzungen

Belgische Pommes sind die leckersten in der ganzen Welt!

Belgische frieten zijn de lekkerste in de hele wereld!

Was man von weit herholt, ist lecker.

Wat je van ver haalt, is lekker.

Felsenbirnenfrüchte sind lecker.

De vruchten van het krentenboompje zijn lekker.

Chinesisches Essen ist genauso lecker wie französisches Essen.

Chinees eten is even lekker als Frans eten.

Chinesisches Essen schmeckt nicht weniger lecker als französisches Essen.

Chinees eten is niet minder lekker dan Frans eten.

Das Abendessen war so lecker.

Het avondeten was zo lekker.

Das Essen sieht ja sehr lecker aus.

Het eten ziet er erg lekker uit.

Hering schmeckt lecker mit Kartoffeln.

Haring smaakt lekker met aardappel.

Die Äpfel sind lecker.

Die appels zijn lekker.

Es ist lecker.

Het is lekker.

Danke für das Abendessen, es ist so lecker!

Dank je voor het diner, het is zo lekker!

Es schmeckt ein bisschen seltsam – aber dennoch lecker.

Het smaakt een beetje vreemd... maar wel lekker.

Ich finde japanisches Essen lecker.

Ik vind Japans eten lekker.

Das ist das erste Mal, dass ich Ananasmarmelade esse. Ziemlich lecker!

Dit is de eerste keer dat ik ananasjam heb gegeten. Best lekker.

Zieh' nicht so ein Gesicht, die Suppe ist echt lecker.

Trek niet zo'n vies gezicht, die soep is echt heel lekker.

Der Apfelsaft ist sehr lecker.

De appelsap is erg lekker.

De appelsap is zeer lekker.

De appelsap is heel lekker.

Synonyme

ad­rett:
verzorgd
atem­be­rau­bend:
adembenemend
verbazingwekkend
at­trak­tiv:
aantrekkelijk
geil:
hitsig
heiß:
heet
knusp­rig:
knapperig
krokant
scharf:
scherp

Niederländische Beispielsätze

  • Vond je het ontbijt vandaag niet lekker?

  • Het is heerlijk weer, ga toch lekker naar buiten! Die computer loopt heus niet weg.

  • Dat smaakt echt lekker!

  • De rozen ruiken lekker.

  • Sushi is lekker, maar Thaise gerechten zijn beter.

  • Deze soep smaakt lekker.

  • Linda vindt chocola lekker.

  • Het is lekker hier!

  • In tegenstelling tot aardbeien, is ananas ook lekker uit een blik.

  • Deze bes is lekker.

  • Die peer ruikt lekker.

  • De groenten, die ik op de markt heb gekocht, zijn vers en lekker.

  • Wat een snertweer vandaag! Ik blijf lekker binnen.

  • Goede nacht en slaap lekker!

  • Ons blauwe beddengoed hoeft niet gestreken te worden en is heel lekker zacht; je verheugt je er 's avonds altijd al op om naar bed te gaan!

  • Vind je appels of sinaasappels lekker?

  • Het eten was niet bijzonder lekker.

  • Dit is erg lekker.

  • Deze boterham is lekker, maar te klein.

  • Gaat u lekker op de bank zitten en maak het uzelf gemakkelijk.

Lecker übersetzt in weiteren Sprachen:

Quellen:
  1. [Übersetzungen] Wiktionary-Autoren: lecker. In: Wiktionary – Das freie Wörterbuch, 2022, [online] de.wiktionary.org, CC BY-SA 3.0
  2. [Synonyme] OpenThesaurus-User: lecker. In: OpenThesaurus – Das freie Wörterbuch für Synonyme, 2023, [online] openthesaurus.de, CC BY-SA 4.0
  3. [Beispielübersetzungen] User-generated content: Satz Nr. 391626, 391633, 398802, 408591, 448322, 541256, 808899, 840719, 1528533, 2210113, 2656253, 3315545, 8084926, 8778878, 8913192, 11128652, 2687945, 2051569, 3167148, 3346670, 1532784, 3376896, 1329405, 1305171, 1200812, 1083998, 3991101, 785017, 643392, 4256751, 618074, 601880, 4297779, 580261, 4328683 & 419420. In: tatoeba.org, CC BY 2.0 FR