Was heißt »besorgt« auf Niederländisch?
Das Adjektiv »besorgt« lässt sich wie folgt von Deutsch auf Niederländisch übersetzen:
- bezorgd
Deutsch/Niederländische Beispielübersetzungen
Ich bin besorgt über das Ergebnis.
Ik maak me zorgen over het resultaat.
Ich bin wegen des trockenen Hustens meiner Frau besorgt.
Ik maak mij zorgen over de droge hoest van mijn vrouw.
Ich bin mehr um dich besorgt als um die Zukunft Japans.
Ik ben bezorgder om jou dan om de toekomst van Japan.
Hast du schon Weihnachtsgeschenke besorgt?
Heb je al kerstcadeautjes gekocht?
Was hast du deiner Freundin zu Weihnachten besorgt?
Wat heb je voor Kerstmis voor je vriendin gekocht?
Du siehst besorgt aus.
Je ziet er bezorgd uit.
Tom ist besorgt über seine Zukunft.
Tom maakt zich zorgen over zijn toekomst.
Mein Vater und ich waren um sie besorgt.
Mijn vader en ik waren bezorgd om haar.
Tom konnte sehen, dass Mary besorgt war.
Tom merkte dat Mary bezorgd was.
Tom kon zien dat Maria bezorgd was.
Tom kon merken dat Maria bezorgd was.
Synonyme
- ängstlich:
- bevreesd
- aufmerksam:
- aandachtig
- fürsorglich:
- zorgzaam
Niederländische Beispielsätze
Wees daarover niet bezorgd. Het is alleen maar een formaliteit.
De brieven worden hier rond de middag bezorgd.
Ze is bezorgd om haar gezondheid.
Het spijt me dat ik je zoveel problemen heb bezorgd.
Ze was erg bezorgd om de gezondheid van haar man.
Hij is bezorgd dat hij misschien te laat komt.
De mail kan niet worden bezorgd.
Ik ben bezorgd om haar veiligheid.
Ik ben heel bezorgd om haar!
De post wordt bezorgd voor de middag.