Was heißt »an­tref­fen« auf Niederländisch?

Das Verb »an­tref­fen« lässt sich wie folgt von Deutsch auf Niederländisch übersetzen:

  • aantreffen
  • ontmoeten

Synonyme

ent­de­cken:
ontdekken
er­rei­chen:
bereiken
fin­den:
vinden

Antonyme

ver­feh­len:
in gebreke blijven
mislopen
missen
ver­säu­men:
missen
verzuimen

Niederländische Beispielsätze

  • Fijn om u te ontmoeten, Tom.

  • Kan je hem ontmoeten?

  • Tom wilde je graag ontmoeten.

  • Ik had de gelegenheid hem te ontmoeten in Parijs.

  • Steeds wanneer we elkaar ontmoeten klaagt hij over zijn vrouw.

  • Altijd wanneer ze elkaar ontmoeten, hebben ze ruzie.

  • Waarom wilde ze hem niet ontmoeten?

  • Ik ben blij je weer te ontmoeten.

  • Ik heb je altijd willen ontmoeten.

  • Ik vond het leuk, je hier te ontmoeten.

  • Je moet hem ontmoeten.

  • Ze had hem gisteren kunnen ontmoeten.

  • Waar ontmoeten we elkaar?

  • Ik kon je niet ontmoeten op het vliegveld.

  • Ik ben blij je eindelijk in levenden lijve te ontmoeten.

  • Leuk je te ontmoeten.

  • Tom wil me ontmoeten.

  • Hij wil je ontmoeten.

  • Iedereen wil jou ontmoeten, je bent beroemd!

  • Ze had er nooit van gedroomd hem in een vreemd land te ontmoeten.

Übergeordnete Begriffe

ent­de­cken:
ontdekken

Antreffen übersetzt in weiteren Sprachen:

Quellen:
  1. [Übersetzungen] Wiktionary-Autoren: antreffen. In: Wiktionary – Das freie Wörterbuch, 2022, [online] de.wiktionary.org, CC BY-SA 3.0
  2. [Synonyme] OpenThesaurus-User: antreffen. In: OpenThesaurus – Das freie Wörterbuch für Synonyme, 2023, [online] openthesaurus.de, CC BY-SA 4.0
  3. [Beispielübersetzungen] User-generated content: Satz Nr. 11551456, 9752017, 8928838, 8645768, 8630148, 8601032, 8408741, 8311811, 8299208, 8099700, 7992996, 7729207, 7109785, 7047384, 6101780, 5165121, 5045609, 4995073, 4983520 & 4203539. In: tatoeba.org, CC BY 2.0 FR