Was heißt »Kartoffel« auf Niederländisch?
Das Substantiv »Kartoffel« lässt sich wie folgt von Deutsch auf Niederländisch übersetzen:
- patat (weiblich)
- aardappel (männlich)
- pieper (männlich)
Deutsch/Niederländische Beispielübersetzungen
Es ist schade, dass man Wunder nicht kaufen kann, wie man Kartoffeln kauft.
Het is jammer dat we geen wonderen kunnen kopen, net zoals we aardappelen kopen.
Schälen Sie die Kartoffeln und die Karotten.
Schil de aardappelen en de wortelen.
Wann wurde die Kartoffel in Japan eingeführt?
Wanneer is de aardappel ingevoerd in Japan?
Yukiko mag Kartoffeln.
Yukiko houdt van aardappelen.
Einige Lehrer schälen Kartoffeln während des Unterrichtens.
Sommige leraars schillen aardappelen terwijl zij les aan het geven zijn.
Hering schmeckt lecker mit Kartoffeln.
Haring smaakt lekker met aardappel.
Sie schält Kartoffeln.
Ze schilt de aardappelen.
Kartoffeln schäle ich lieber mit einem Kartoffelschäler als mit einem gewöhnlichen Messer.
Ik schil aardappelen liever met een dunschiller dan met een eenvoudig mes.
Kartoffeln sind Küchenschaben.
Aardappelen zijn kakkerlakken.
Tom schälte die Kartoffeln.
Tom schilde de aardappelen.
Die Kartoffel war so heiß, dass ich mir den Mund daran verbrannt habe.
De aardappel was zo heet dat hij mijn mond verbrandde.
Tom hätte nichts gegen Fleisch und Kartoffeln an jedem Wochentag.
Het zou Tom niet storen elke dag van de week vlees en aardappelen te eten.
Kaufe mir vier dicke Kartoffeln.
Koop vier grote aardappelen voor me.
Die dümmsten Bauern ernten die dicksten Kartoffeln.
De domste boeren hebben de dikste aardappelen.
Wir kaufen ein Kilo Brechbohnen, zwei Kilo Kartoffeln, einen Kopfsalat, ein halbes Kilo Tomaten und zwei Gurken.
We kopen een kilo sperziebonen, twee kilo aardappelen, een krop sla, een halve kilo tomaten en twee komkommers.
Schneide die Kartoffeln!
Snij de aardappels.
In Frankreich sind Kartoffeln Gemüse, in den Niederlanden nicht.
In Frankrijk zijn aardappelen een groente, in Nederland niet.
„Bitte zwei Kilo Kartoffeln.“ – „Sollen es festkochende oder mehlige Kartoffeln sein?“
?Twee kilo aardappelen, alstublieft.” – „Wilt u vastkokende of melige aardappelen?”
Die Kartoffel ist ein leckeres Gemüse.
De aardappel is een lekkere groente.
Kartoffeln sind ein Gemüse.
Aardappelen zijn groentes.
Er isst nur Kartoffeln.
Hij eet alleen aardappelen.
Maria warf eine Kartoffel aus dem Fenster.
Maria gooide een aardappel uit het raam.
Wo sind die Kartoffeln?
Waar zijn de aardappelen?
Wir essen viele Kartoffeln.
We eten veel aardappelen.
Ich esse alle Kartoffeln.
Ik eet alle aardappelen op.
Die Kartoffeln blieben heiß.
De aardappelen bleven warm.
Die Kartoffeln kochen.
De aardappels koken.
Seine Nase sieht aus wie eine Kartoffel.
Zijn neus lijkt op een aardappel.
Ich mag Kartoffeln.
Ik hou van aardappelen.
Synonyme
- Deutscher:
- Duitser
- Kraut:
- kruid
- Zwiebel:
- ui
Niederländische Beispielsätze
Frieten, ook friet of patat genoemd, zijn gebakken vingervormige stukjes aardappel. Ze komen oorspronkelijk uit België en worden nu over de hele wereld gegeten als bijgerecht of als tussendoortje.
Belgen beweren dat patat niet Frans maar Belgisch is.
Bij tankstations langs autosnelwegen in Duitsland eten veel mensen curryworst met patat.
Wie wil er patat?
Tom dipte zijn patat in de ketchup.
Übergeordnete Begriffe
- Nachtschattengewächs:
- nachtschadegewas
Untergeordnete Begriffe
- Süßkartoffel:
- zoete aardappel