Was heißt »siebzig« auf Niederländisch?
Die Numerale »siebzig« lässt sich wie folgt von Deutsch auf Niederländisch übersetzen:
- zeventig
Deutsch/Niederländische Beispielübersetzungen
Zehn, zwanzig, dreißig, vierzig, fünfzig, sechzig, siebzig, achtzig, neunzig, hundert.
Tien, twintig, dertig, veertig, vijftig, zestig, zeventig, tachtig, negentig, honderd.
Fort Moultrie hatte weniger als siebzig Soldaten.
Fort Moultrie telde minder dan zeventig soldaten.
Er starb mit siebzig Jahren.
Hij is gestorven op de leeftijd van 70 jaar.
Hij is gestorven op 70 jaar.
Hij is gestorven toen hij zeventig was.
Niederländische Beispielsätze
Hij is gestorven op de leeftijd van zeventig jaar.
Geloof het of niet, maar Tom is zeventig jaar oud.