Was heißt »An­recht« auf Niederländisch?

Das Substantiv »An­recht« lässt sich wie folgt von Deutsch auf Niederländisch übersetzen:

  • aanspraak
  • recht

Synonyme

Abon­ne­ment:
abonnement
Aus­sicht:
uitzicht

Antonyme

Ein­tritts­kar­te:
entreekaartje

Niederländische Beispielsätze

  • Tom is vastbesloten de scheve toren van Pisa met zijn eigen blote handen weer recht te zetten.

  • We hebben het recht om te wonen waar we willen.

  • Aangezien we te laat waren, hadden we geen recht op een avondmaal.

  • Jullie hebben recht op iets beters.

  • Ze zou het recht moeten hebben om zelf te beslissen.

  • Zit recht!

  • U heeft het recht om alles te zeggen wat u denkt ... zolang u denkt als ik.

  • De bloemen hebben evenveel recht op leven als wij.

  • Ik heb het recht mijn advokaat op te bellen.

  • Tom had geen recht om te doen wat hij gedaan heeft.

  • Telkens wanneer ik recht sta, voel ik mijn hoofd draaien.

  • Wij hebben het recht een veilige toekomst te eisen voor ons en voor de volgende generaties.

  • De tuinier heeft de haag recht gesnoeid.

  • Dat deed mijn haar recht komen.

  • Eensgezind stonden de toeschouwers recht en applaudisseerden.

  • Hij had, geloofde ik, het recht niet om dat te doen.

  • Geld dat stom is, maakt recht wat krom is.

Übergeordnete Begriffe

Ver­trag:
contract
overeenkomst

Anrecht übersetzt in weiteren Sprachen:

Quellen:
  1. [Übersetzungen] Wiktionary-Autoren: Anrecht. In: Wiktionary – Das freie Wörterbuch, 2023, [online] de.wiktionary.org, CC BY-SA 3.0
  2. [Synonyme] OpenThesaurus-User: Anrecht. In: OpenThesaurus – Das freie Wörterbuch für Synonyme, 2023, [online] openthesaurus.de, CC BY-SA 4.0
  3. [Beispielübersetzungen] User-generated content: Satz Nr. 10366259, 8059482, 7934248, 7794221, 5360814, 4754630, 4454722, 4324160, 3785338, 3295473, 2148277, 2148129, 992778, 783439, 781707, 425095 & 422812. In: tatoeba.org, CC BY 2.0 FR