Was heißt »Ob­li­ga­ti­on« auf Niederländisch?

Das Substantiv »Ob­li­ga­ti­on« lässt sich wie folgt von Deutsch auf Niederländisch übersetzen:

  • verplichting

Synonyme

An­lei­he:
obligatie

Sinnverwandte Wörter

Ver­pflich­tung:
rechtsplicht
verbintenis

Niederländische Beispielsätze

  • De verplichting om naar school te gaan wordt zelden geanalyseerd in de verscheidenheid aan onderzoeken naar de verschillende manieren om de wens om te leren bij kinderen te ontwikkelen.

  • Ik kan de uitnodiging niet aannemen want ik heb een andere verplichting.

Übergeordnete Begriffe

Wert­pa­pier:
waardepapier

Obligation übersetzt in weiteren Sprachen: