Was heißt »Amsterdam« auf Niederländisch?

Das Substantiv »Amsterdam« lässt sich wie folgt von Deutsch auf Niederländisch übersetzen:

Deutsch/Niederländische Beispielübersetzungen

Die Hauptstadt der Niederlande ist Amsterdam.: Amsterdam is de hoofdstad van Nederland.; De hoofdstad van Nederland is Amsterdam.
Hamburg ist die brückenreichste Stadt Europas. Es hat mehr Brücken als Venedig, Amsterdam und Stockholm zusammen.: Hamburg is de stad met de meeste bruggen van Europa. Het heeft meer bruggen dan Venetië, Amsterdam en Stockholm samen.
Ich fahre lieber mit der Bahn nach Amsterdam.: Ik ga liever met de trein naar Amsterdam.
Ich fliege kommenden Sonntagmorgen nach Amsterdam.: Ik zal aanstaande zondagochtend naar Amsterdam vliegen.
Tom ging ins Rijksmuseum, als er in Amsterdam war.: Tom bezocht het Rijksmuseum toen hij in Amsterdam was.
Ajax Amsterdam ist der berühmteste Fußballverein der Niederlande.: Ajax Amsterdam is de meest bekende voetbalclub van Nederland.
Amsterdam ist berühmt für seine Grachten.: Amsterdam is beroemd om zijn grachten.
Amsterdam ist eine fahrradfreundliche Stadt.: Amsterdam is een fietsvriendelijke stad.
Die Hauptstadt der Niederlande ist Amsterdam und der Regierungssitz ist Den Haag.: De hoofdstad van Nederland is Amsterdam en de regeringszetel is Den Haag.
Ich träume davon, in Amsterdam Niederländisch zu lernen.: Mijn droom is om Nederlands te studeren in Amsterdam.

"Waar woonde u?" "Ik woonde in Amsterdam."